Column: Uitbraak varkenspest is doodsteek
Nederland is slecht voorbereid op een uitbraak van besmettelijke veeziektes als Klassieke en Afrikaanse Varkenspest of Mond-en-klauwzeer. Brabantse provinciebestuurders acht ik in staat om middels dubbele agenda’s opzettelijk het vuurtje op te stoken.
Dinsdagavond zag ik op NPO 2 het programma De Monitor waar presentator Teun van de Keuken op grondige wijze onderzoek verrichte naar de preventieve aanpak. Het resultaat is schokkend: wilde zwijnen mengen zich dusdanig met buiten gehouden varkens, dat er zelfs nakomelingen uit voortkomen. Jagers staan machteloos, de geïnterviewde jager gaf aan dat ze gemiddeld één zwijn per 40 uur schieten; dat schiet niet op natuurlijk.
Pas echt schrikken in het programma was de reactie van gedeputeerde Van den Hout op de risico’s van insleep van ziektes. Duidelijk minachtend gaf hij na vakkundig aandringen toe dat hij de landelijke nulstandswetgeving aan zijn laars lapt. De komst en de uitbreiding van wilde zwijnen in zijn provincie juicht hij eerder toe. Het boerenverstand ziet dat hij een pestuitbraak graag aangrijpt om definitief af te rekenen met de door hem verguisde sector.
Kwestie van tijd
Nou hoeven we ons van één bestuurder niet alles aan te trekken, maar kennelijk krijgt hij voldoende krediet van de meerderheid van provinciale en landelijke bestuurders. Er gebeurt namelijk niks en nu de sterk uitbreidende Afrikaanse Varkenspest zelfs België bereikt heeft, is het een kwestie van tijd dat ook Nederland aan de beurt is. Dan is het te laat: ruimingen op bedrijven en forse uitbreidingen van (druk)jacht zullen onherroepelijk leiden tot grote demonstraties waarbij die rondom de Oostvaardersplassen in het niet vallen.
De politiek schiet vervolgens als gebruikelijk in de kramp en komt met op emotie gebaseerde noodsprongen, waarbij men eerder de populatie gehouden varkens halveert dan de wilde zwijnen. Het geld van de warme sanering is toch al voorzien en geeft men op deze wijze maar één keer uit.