Duitse varkensstapel blijft krimpen, ISN luidt noodklok
Zowel het aantal varkens als het aantal varkenshouders in Duitsland vertoont een aanhoudende sterke daling. In de periode mei 2020 en mei 2021 daalde het aantal varkens met 840.000 dieren (-3,3 procent) terwijl 700 varkenshouders (-3,3 procent) met hun bedrijfsactiviteit stopten. Dit blijkt uit de laatste cijfers van het Destatis, het federale bureau voor de statistiek. Als oorzaken van deze ontwikkeling wijst Destatis naar onder andere de sterk gedaalde varkensprijzen, de gevolgen van de coronapandemie en de Afrikaanse varkenspest (AVP). Wat ook een rol speelt is het gebrek aan positieve vooruitzichten voor veel bedrijven. In de afgelopen tien jaar is het aantal Duitse varkensbedrijven met ruim dertig procent gedaald tot de 19.800.
Cijfers
Uit de cijfers van Destatis blijkt dat op 3 mei 2021 in Duitsland 24,6 miljoen varkens werden gehouden. Dit zijn er 1.430.600 (-5,5 procent) dieren minder dan een half jaar geleden (op 3 november 2020). In vergelijking met het cijfer van vorig jaar op 3 mei 2020 kromp de varkensstapel met 3,3 procent of 840.400 dieren. Dit verschil is het gevolg van de stuwing bij de slacht van vleesvarkens. Dit zorgde voor een stijging met 1,2 procent tot 11,24 miljoen dieren. Daarentegen daalde het aantal biggen sterk met 7,2 procent tot 7,28 miljoen, en het aantal speenvarkens met 5,6 procent tot 4,47 miljoen stuks. Dit is het gevolg van de recente aanzienlijke vermindering van de biggen-import en de inkrimping van het zeugenaantal. Zo daalde het aantal fokzeugen op jaarbasis met 146.700 (-8,3 procent) tot slechts 1,63 miljoen dieren, aldus AgraEurope (AgE). Over een periode van tien gezien is zowel het aantal gehouden varkens als het aantal bedrijven gedaald. Het aantal varkens daalde met 7,9 procent of 2,1 miljoen dieren, terwijl het aantal bedrijven daalde met 37,5 procent of 11.900 bedrijven. Doordat het aantal bedrijven sterker daalde dan het aantal gehouden varkens, steeg de gemiddelde varkensstapel in de afgelopen tien jaar van 845 tot 1.246 varkens per bedrijf.
Reactie ISN
In een reactie op de cijfers stelt de Duitse varkenshouders belangenorganisatie (ISN) dat deze een bevestiging vormen voor het voorbije uiterst moeilijke jaar. „De coronapandemie, de AVP uitbraak in Duitsland in combinatie met andere factoren maakten 2020 tot een crisisjaar voor de Duitse varkenshouders. Buiten hun schuld zijn veel varkenshouders in moeilijkheden geraakt als gevolg van de varkensachterstand die is ontstaan en de afzetproblemen met varkensvlees. De AVP-uitbraak in september vormde de bekende druppel. De uitvoerstop van Duits varkensvlees naar tal van belangrijke derde landen zorgde voor een enorme prijsdaling van de varkensprijzen.
Zeugenhouders hard getroffen
Volgens de ISN bewijst de sterke daling van het aantal fokzeugen met 8,3 procent aan dat vooral de zeugenhouders bijzonder hard zijn getroffen. Zij hebben volgens ISN massale prijsdalingen en afzetproblemen moeten aanvaarden en hebben daarop vervolgens gereageerd door hun varkensstapel massaal in te krimpen. Volgens ISN zijn de gevolgen van het crisisjaar nog steeds voelbaar. Zo zorgen de actuele kostenstijgingen op alle fronten, maar vooral op het gebied van voeder, voor een tekort in de biggenproductie en de varkensmesterij. Verder zorgen de steeds hogere eisen op het vlak van dierenwelzijn en milieu en de gelijktijdige aanhoudende prijsdruk van de levensmiddelenhandel en slachthuizen voor structurele veranderingen en de verplaatsing van de binnenlandse varkensproductie naar het buitenland. Dit zorgt ervoor dat de Duitse varkenshouders steeds meer concurrentienadelen ondervinden. De ISN onderstreept dat varkenshouders eindelijk weer behoefte hebben aan planningszekerheid, perspectieven en redelijke prijzen.
