Transport varkens kan nog veel beter
Al bijna tien jaar geleden presenteerde transportondernemer Willie Sleegers in Milheeze (N.-Br.) een compleet nieuw concept voor het vervoer van dieren. Sleegers had een vrachtwagen laten bouwen die in zijn ogen het best aansluit bij kwalitatief hoogwaardig transport van dieren. De laadbak van de wagen is volledig gesloten en voorzien van een luchtbeheersingssysteem met airco. Zowel de binnenkomende als de uitgaande lucht wordt gefilterd. Verder is de wagen voorzien van een systeem waarmee zowel de laadruimte als de wielkasten automatisch te ontsmetten zijn.
Sleegers, die zowel in Nederland als in België een internationaal veetransportbedrijf heeft, bezit de vrachtwagen nog steeds. Hij vervoert er onder meer hoogwaardige fokzeugjes mee. Maar eigenlijk zijn er te weinig opdrachtgevers die de benodigde meerprijs voor inzet van de ‘luxe’ vrachtwagen willen betalen.
Eisen veranderen steeds
De tegenvallende belangstelling voor de compleet uitgeruste auto van Sleegers is tekenend voor de houding van de veetransportsector en de klanten van de veetransporteurs. Klanten willen allemaal voor een dubbeltje op de eerste rang zitten. Dit weerhoudt transporteurs van investeringen in voorzieningen waartoe ze niet verplicht zijn of die ze onder de huidige marktomstandigheden niet terug kunnen verdienen. „Daar komt nog bij dat eisen waar we ons aan moeten houden nogal eens veranderen”, zegt Sleegers die ook bestuurslid is van Saveetra, de organisatie van veetransporteurs én van de internationale organisatie ELT (European Livestock Transporters).
„Met ons eigen bedrijf proberen we nog steeds voorop te lopen als het gaat om kwaliteit. Daarom hebben we vroegtijdig al onze vrachtwagens uitgerust met boordcomputers en gps-apparatuur die vanaf 1 januari 2009 in Nederland verplicht zal zijn. Als gevolg van veranderende eisen hebben we die apparatuur inmiddels al vier keer moeten aanpassen. Dat heeft tienduizenden euro’s aan extra kosten met zich meegebracht”, vertelt Sleegers.
Planner Marc Libregts laat een computerscherm oplichten waarop een vrachtwagen te zien is op de landkaart van Spanje. Naast de positie van de auto kan Sleegers nog veel meer gegevens tevoorschijn toveren. Zo is per laag het verloop van de temperatuur in de laadruimte zichtbaar. Ook is te zien of de laadklep open is geweest, en waar, en hoe lang. Doordat de auto’s voorzien zijn van weegindicatoren op de assen is ook precies bekend hoe veel kilogrammen aan varkens zich in de auto bevinden.
Transport in de schijnwerpers
Transport van varkens, met name internationaal transport, stond dit jaar weer volop in de politieke schijnwerpers. Enkele incidenten die uitgebreid in het nieuws kwamen, hebben daar flink aan bijgedragen. Actiegroepen grijpen de onrust aan om weer te pleiten voor het inkorten van de maximale transportduur voor varkens van 24 uur.
Landbouwminister Verburg heeft de transportsector opgedragen om voor 1 januari maatregelen te treffen waarmee nieuwe uitwassen voorkomen kunnen worden. Saveetra is van plan de eigen Kwaliteitsregeling Veewaardig Vervoer aan te scherpen.
Gelet op de miljoenen biggen en vleesvarkens die ieder jaar vanuit Nederland naar bestemmingen elders in Europa vervoerd worden, heeft de varkenshouderij veel belang bij een goed verlopend veetransport dat niet ter discussie staat.
Nog veel onduidelijkheden
Eigenlijk had het in 2007 allemaal beter moeten worden wat betreft veetransport. Sinds 5 januari jl. is de nieuwe Europese Transportverordening van kracht. Deze verordening zou met strikte regels voor het transport van vee moeten bijdragen aan het voorkomen van misstanden in de hele Europese Unie (EU). De praktijk is anders. Nog niet alle onderdelen van de transportverordening zijn in de verschillende lidstaten voldoende uitgewerkt en er zijn veel onduidelijkheden.
Een voorbeeld is de verbalisering in oktober door de AID van een transporteur die zeugen vervoerde. In plaats van 235 kg per vierkante meter was de belading van de vrachtwagen volgens de AID 331 kg per vierkante meter. Het is echter de vraag of de norm van 235 kg per vierkante meter wel voor zeugen gehanteerd kan worden. Bert Lambooij, onderzoeker bij de Animal Sciences Group (ASG) in Lelystad, vindt van niet.
„Er is nooit onderzoek gedaan naar de optimale beladingsgraad voor zeugen en biggen. De norm van 235 kg per vierkante meter vloeit voort uit Nederlands onderzoek met vleesvarkens van ongeveer 100 kg. Het is zeer de vraag of je dat getal kunt extrapoleren naar zeugen die zwaarder zijn dan vleesvarkens en anderzijds naar biggen die veel lichter zijn.”
Varkens ervaren stress bij transport
Op basis van vele jaren onderzoek staat voor onderzoeker Lambooij vast dat varkens transport ervaren als een stressvolle activiteit. „De meeste stress bij de dieren zien we tijdens het laden en lossen. Belangrijk is dus om dat zo min mogelijk te doen.” Lambooij ziet geen aanleiding om de maximale transportduur voor varkens kleiner te maken dan 24 uur. „We weten dat transport vermoeiend is voor varkens. Nooit is echter uit metingen gebleken dat na een bepaald aantal uren transport de vermoeidheid van de varkens sterker gaat toenemen.”
„En een groot risico van het inperken van demaximale transportduur is dat varkens te maken krijgen met meer laad- en losactiviteiten. Daar zijn ze niet bij gebaat.” Dat veetransportauto’s verplicht voorzien worden van boordcomputers met GPS-apparatuur vindt Lambooij interessant, maar hij tekent aan dat nog onvoldoende duidelijk is hoe de geregistreerde gegevens benut zullen worden. ,,Je legt heel veel vast met die apparatuur. Maar wat wil je er mee? Er moeten heldere afspraken komen over het benutten van transportgegevens bij controle”, aldus Lambooij.
Transportondernemer en Saveetra-bestuurder Sleegers staat niet te springen om meer controlemomenten maar hij is wel voorstander van het aanpakken van ‘rotte appels’. ,,Dat kan de sector niet alleen. De overheid moet ons ondersteunen. Het zou goed zijn om te gaan werken met een erkenningsnummer gekoppeld aan het chassisnummervan devrachtwagen. De overheid kan vervolgens bij misstanden het nummer van een auto intrekken. Dat is minder drastisch en daardoor beter hanteerbaar dan het intrekken van de complete vergunning van een transportbedrijf.”
Eisen in Transportverordening
Voor varkens is de maximale transporttijd 24 uur. Tijdens het transport moeten de dieren voortdurend toegang hebben tot water;
Alle varkens moeten tenminste gelijktijd kunnen gaan liggen en in hun natuurlijke houding kunnen staan. Om aan deze minimumeisen te voldoen mag de beladingsdichtheid voor varkens van ongeveer 100 kg tijdens het vervoer niet hoger zijn dan 235 kg per vierkante meter. Ras, grootte en fysieke conditie van de varkens kunnen een vergroting van deze vereiste minimumgrondoppervlakte noodzakelijk maken. In verband met weersomstandigheden en transporttijd kan de minimumoppervlakte met maximaal 20 % worden vergroot;
De ventilatiesystemen van de vrachtwagens moet zodanig zijn dat ze er voor zorgen dat de temperatuur in de laadruimte bij de varkens zich altijd, ook als de vrachtwagen stil staat, tussen de 5 en 30 graden Celsius bevindt. Afhankelijk van het weer is een afwijking van plus of min 5 graden Celsius toegestaan.
Varken eet speklaag op onderweg
Bert Lambooij van de Animal Sciences Group (ASG) heeft veel onderzoek gedaan naar transport van vleesvarkens over langere afstanden. De onderzoeker vindt het een goede zaak dat varkens tijdens langdurig transport de beschikking moeten hebben over drinkwater. Toch blijkt uit zijn onderzoek en andere onderzoeken dat varkens nauwelijks water drinken als ze onderweg zijn.
„Bij varkens versnelt stofwisseling tijdens transport. Door deze zogenoemde vestofwisseling eten de dieren hun speklaag als het ware op. Bij dat verbranden van die speklaag komt onder meer water vrij. En op die manier kunnen varkens tijdens de reis in een deel van hun vochtbehoefte voorzien.”
Overigens leidt de versnelde stofwisseling ook tot een grote warmteproductie door de varkens. Onderzoeker Lambooij betwijfelt of de klimaatbeheersingssystemen in het gros van de vrachtwagens voldoende capaciteit hebben om de overtollige warmte af te voeren. „Het gaat vaak mis als het buiten warm is en de vrachtwagen stil staat.” Lambooij zou toejuichen als de transportsector in grotere mate zou investeren in vrachtwagens met betere klimaatbeheersingsmogelijkheden.
Ook transportondernemer Willie Sleegers denkt dat het deze kant op moet. „Ik zie daar goede kansen voor als het lukt om vrachtwagens te maken met airco-voorzieningen die niet meer dan 30 procent duurder zijn dan gangbare vrachtwagens. Het is beter om daar onderzoeksgeld in te steken dan om te onderzoeken welke temperaturen varkens kunnen verdragen.”
Tekst: Berrie Klein Swormink
Beeld: Ruben Meijerink