Adema: wetswijzigingen dierenwelzijn houden te weinig rekening met financiële gevolgen veehouders
De Tweede Kamer debatteerde afgelopen maandag over een wijziging van de Wet Dieren en over een alternatief voor het amendement Vestering van de PvdD die op 1 juli 2024 ingaat en verstrekkende gevolgen heeft voor de veehouderij. Via het amendement is geregeld dat dieren verplicht hun natuurlijke gedrag moeten kunnen vertonen. Alle stallen moeten dan dus eigenlijk aangepast worden. De minister probeert dit via een wetswijziging die voor de zomer door het parlement moet zijn, tegen te houden.
De kritiek op het amendement Vestering is dat het vaag is en dat wettelijke bepalingen voor een dierwaardige veehouderij niet geborgd zijn. De amendementen van Ester Ouwehand (PvdD), Tjeerd de Groot (D66) en Thom van Campen (VVD) hebben dit wel. Deze zijn afgelopen maandag ingediend tijdens een wetgevingsoverleg over dierenwelzijn. De minister reageert daar vrijdagmiddag via een Kamerbrief op.
Inhoud
In de wetswijziging van Ouwehand staat dat alle nieuwe en te verbouwen stallen moeten voldoen aan dierwaardigheid per 2025. Voor bestaande stallen is een overgangstermijn tot uiterlijk 1 januari 2040 opgenomen.
Dit is onhaalbaar volgens Adema. 'Het verbod op ingrepen betekent onder meer dat per 2025 het couperen van de staarten van varkens en het onthoornen van runderen niet meer toegestaan is. Hoewel ook ik dit vanuit het belang voor de dieren op deze korte termijn zou wensen, heeft dat enorme implicaties voor de stalsystemen.'
Het amendement van D66 en VVD voegt een instructiebepaling toe. Het doel hiervan is dat er in uiterlijk 2040 een dierwaardige veehouderij wordt gerealiseerd op basis van de zes leidende principes van de Raad voor Dierenaangelegenheden.
Inkomensverlies
Adema bedankt de drie Kamerleden voor hun inspanning om te komen tot een dierwaardige veehouderij in 2040, maar moet de amendementen toch ontraden. De reden is dat deze onvoldoende rekening houden met de economische gevolgen voor veehouders.
Ook mist de minister in de plannen een stapsgewijze aanpak, die mede noodzakelijk is om de kosten die gepaard gaan met de dierwaardige veehouderij op te brengen vanuit de markt. Het te bereiken einddoel in 2040 heeft inkomensgevolgen voor de veehouders, voor de concurrentiepositie en het gelijk speelveld in de Europese Unie.
Aanstaande maandag praat de minister verder met de Kamer over een dierwaardige veehouderij.
Tekst: Bas Lageschaar
Bas Lageschaar groeide op tussen de weilanden in de Achterhoek. Daardoor had hij altijd al belangstelling voor de agrarische sector. Voor Agrio zit hij in de redactie politiek en beleid. Bas volgt het laatste (regionale) nieuws op de voet en schrijft voor de regionale websites en verschillende printuitgaven.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Tweede Kamer