Biggen leren eten en verteren
Hoogwaardig biggenvoer en kennis helpen speendip voorkomen
Big moet leren eten
Bij het leren eten moet de big ondervinden hoe je (vast) voedsel eet. Het kauwen op (gepelleteerd) voer of het opnemen van brijvoeding is namelijk een hele andere beweging voor de kaak dan het drinken van melk uit de uier. Daarnaast moet de big ondervinden dat het veilig is om (vast) voedsel te eten en dat er geen negatieve gevolgen zijn, zoals buikpijn of een negatieve smaak.
Enzymen aanmaken om te leren verteren
Naast leren eten, moeten biggen ook leren verteren. Waar ze in de kraamstal voornamelijk zeugenmelk drinken, krijgen ze na het spenen biggenvoer waar niet alleen zuivel in zit, maar ook plantaardige grondstoffen. Dat is voor de biggen een grote verandering. Vóór het spenen verteren ze voornamelijk lactose en vet en na het spenen worden er vezels en zetmeel verteerd. Door al in de kraamstal het juiste voeren te geven, zal het verteringsstelsel van de big in een vroeg stadium enzymen aanmaken die nodig zijn om de plantaardige grondstoffen goed te kunnen verteren.
4 TIPS: BIJVOEREN IN DE KRAAMSTAL
1. PLAATS VAN HET VOERBAKJE
Plaats het voerbakje van de biggen bij het hoofd van de zeug, zonder dat de zeug erbij kan. Biggen leren namelijk van hun moeder. Wanneer ze haar zien eten zullen ze zelf ook eerder geneigd zijn om voer op te nemen op dezelfde plek.
2. VERS VOER
Zorg meerdere keren per dag voor vers voer en laat oud voer niet in de bakken liggen. In de foto's hieronder zie je hoe vol het bakje mag zijn om oud voer en verspilling te voorkomen.
(lees de andere tips in het artikel)