Intensievere surveillance op influenzavirussen bij varkens
Door de geboorte van niet-immune dieren kan met name op grootschalige varkenshouderijen een continue circulatie van verschillende influenzavirussen optreden. Dat stelt het deskundigenberaad Zoönosen. Volgens deze deskundigen kunnen deze virussen zich met elkaar combineren waardoor nieuwe varianten kunnen ontstaan. Daarnaast zijn varkens ook gevoelig voor vogelgriepvirussen. In het geval dat een varken tegelijkertijd met een vogelgriepvirus en een ander influenzavirus besmet raakt, kan een nieuwe variant ontstaan.
Structurele surveillance
De pilot die door het RIVM, samen met onderzoekspartners, is uitgevoerd, wordt opgevolgd door een structurele surveillance op bedrijven verspreid door heel Nederland en op een variatie aan bedrijven. De gevonden stammen worden getest op antivirale gevoeligheid voor behandeling van mensen én antigenenkarakterisering voor bijvoorbeeld humane vaccins. Deze surveillance wordt voor ten minste 2 jaar op deze manier voortgezet, waarna het RIVM de resultaten zal evalueren.
Gemengde bedrijven
De minister zegt zijn beleid met name te richten op varkensbedrijven waar de kans op virusintroductie het grootst is. Dat zijn gemengde bedrijven met varkens en pluimvee, varkensbedrijven met een buitenloop en bedrijven in waterrijke gebieden. Wanneer op gemengde bedrijven bij pluimvee vogelgriep wordt gevonden, onderzoekt de NVWA ook de daar verblijvende varkens op het virus.
Buitenloop
Het ontwikkelen van een surveillancesysteem voor varkensbedrijven met een buitenuitloop vormt een onderdeel van het ‘Strong1health’ project. Het RIVM werkt hieraan in samen met Royal GD, Wageningen Bioveterinary Research en Erasmus Medisch Centrum. Daarbij worden monsters genomen bij dit type bedrijven. Het project loopt tot 2026. Verder kunnen varkensbedrijven in waterrijke gebieden op extra aandacht rekenen in de structurele surveillance voor influenzavirussen.