Kamer en Dijksma botsen over mestnormen
Het vanavond gevoerde debat is een voorbereiding op de EU-landbouw-en visserijraad, aanstaande maandag 23 september in Brussel.
Klei en veen
Het voorstel van de staatssecretaris houdt ook een verhoging van de werkingscoefficient voor mest in. Met deze aanscherpingen in de mestwetgeving hoopt Dijksma de grotere stikstofgebruiksruimte voor grasland in Nederland, derogatie genoemd, te behouden. De normen voor klei en veen worden niet aangepast, waarmee de staatssecretaris maatwerk levert. Daar dringen de politieke partijen VVD, CDA en SGP al langere tijd op aan.
190 miljoen euro
In Brussel gaat de staatssecretaris zich sterk maken om de zogenaamde derogatieruimte in de mestwetgeving te behouden. Als de derogatie verloren gaat kan dat de veehouderijsector tot wel 190 miljoen euro kosten, antwoordde ze op een vraag van PvdA'er Sjoera Dikkers. Bij verlies van derogatie gaat rundveemest varkensmest op de mestmarkt verdringen.
Onderhandelingsruimte
De staatssecretaris benadrukte het belang van onderhandelingsruimte. Die ruimte krijgt ze niet als de Tweede Kamer zich in meerderheid zondermeer tegen de aanscherping van de voorgestelde mestnormen verklaart. Want Nederland moet eerst nog maar eens aan de gestelde normen uit het Vierde Actieprogramma Nitraat voldoen, alvorens over het Vijfde Actieprogramma onderhandeld kan worden. Ze wil niet het risico lopen op een 'enorme kater' als de derogatie niet wordt binnengehaald.
50-80 mg nitraat per ml
Dat Vierde Programma, maar ook de programma's die daaraan vooraf gingen, eisen een nitraatgehalte van maximaal 50 milligram nitraat per milliliter grondwater. Bij indivuele meetpunten in het zuiden des lands, op zand-en lossgrond, is een hoger gehalte van 70-80 mg nitraat gemeten. Dijksma verwijst daabij naar een rapportage van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) over de Meststoffenwet uit 2012.
Natte vingerwerk
SGP Tweede Kamerlid Elbert Dijkgraaf stelde dat de nitraatmetingen hooguit een gehalte van 51 mg nitraat hebben aangetoond, en bovendien is de norm volgens hem grotendeels op natte vingerwerk gebaseerd. Hij wil, en hij weet zich gesteund door CDA, PVV en VVD, dat Dijksma de Eurocommissaris van milieu Potocnik op andere gedachten gaat brengen en niet langer de Nitraatrichtlijn alleen hanteert maar ook de bodemvruchtbaarheid het organische stofgehalte meeweegt. Ook is het volgens hem wettelijk gezien niet nodig om het derogatieverzoek te koppelen met de hoogte van de bemestingsnormen.
Vorige kabinetten
Maar de staatssecretaris is niet van plan de beoordelingswijze van de Eurocommissaris van Milieu ter discussie te stellen. Ze wees erop dat alle vorige kabinetten, ook die van VVD, CDA en PVV, zich commiteerden aan het Europese Actieprogramma Nitraat, met een norm van 50 milligram.
Besef van het belang
Ze besloot de discussie door te benadrukken dat ze in gesprek wil blijven met de agrarische sector over de bemestingspraktijk. Dijksma beklemtoonde te beseffen dat er een gevoel heerst in de sector dat de normen het minimum hebben bereikt. Maar Wageningse wetenschappers hebben niet aangetoond dat het bemestingsminimum is bereikt.
Sleutelrol ChristenUnie
De ChristenUnie speelt een sleutelrol in het mestdebat. Woordvoerder Carla Dik-Faber zei in de zogenaamde tweede termijn dat ze het onderwerp erg lastig vindt (overigens niet als enige) en dat ze er nog op gaat studeren.
Dijksma deed de volgende toezeggingen na afloop van de 'worsteling rondom de mestnormen':
- Zoveel mogelijke equivalente maatregelen samen met sector
- Kringloopwijzer (Bodembalans in de akkerbouw) is een equivalente maatregel
- Cijfertransparantie m.b.t het PBL rapport over stikstof-en fosfaatgehaltes in het grondwater
