Start- en tussenvoer sluiten naadloos op elkaar aan
Fotoserie: ‘Een goede start maakt de ronde’
Omdat de biggen van zijn fokker relatief zwaar arriveren - gemiddeld 27 kilogram - begint Meulendijks sinds jaren met een tussenvoer dat hij tot het einde van de ronde voert. Het uitblijven van een voerovergang, houdt de groei van de varkens constant op een hoog niveau, waardoor de gemiddelde voerkosten laag liggen. Toch is hij dit jaar van zijn filosofie afgeweken en start hij zijn biggen op met een startvoer. “Om ze vanaf de eerste dag vitaal en gezond te houden, hebben ze net wat meer nodig”, zegt hij. Meulendijks voert nu eerst 60 kilo startvoer per varken voordat hij overschakelt op het tussenvoer dat qua grondstofsamenstelling hierop aansluit.
Voerwinstgedreven
Het realiseren van een bovengemiddelde voerwinst staat voorop. Dit is de laatste jaren ruimschoots gelukt. Met de nieuwe startaanpak hoopt hij komend jaar de cijfers wederom te overtreffen. “De eerste signalen zijn zeer positief”, zegt Meulendijks. De overschakeling van startvoer naar het tussenvoer gebeurt in één keer. Met zijn computergestuurde droogvoerinstallatie zou hij de overgang geleidelijk kunnen laten verlopen, maar het dipje in de voeropname is nihil. “De grondstoffen van de voeders sluiten mooi op elkaar aan. Vandaar dat ik voor deze praktische oplossing kies.”
Ontsmetten en sanitaire leegstand
Meulendijks heeft een varkensbedrijf in Kessel (1.800 stuks) en Deurne (330 stuks). Hij besteedt veel aandacht aan een goede start. Dat begint met het reinigen en ontsmetten van de afdelingen, gevolgd door een sanitaire leegstand van zeven dagen. Bij de fokker krijgen de dieren een circo- en mycoplasma-enting. Op de vrachtwagenklep, bij aankomst op het bedrijf van Meulendijks, komt daar nog een PIA-enting bij. Elke week komen er 156 biggen; borgen en gelten zijn gescheiden. In groepen van 26 komen ze van de vrachtwagen, waarna ze meteen verdeeld worden op gewicht. De zwaarste biggen komen achterin het hok, de kleinste vooraan, zodat hij ze beter en vaker in de gaten kan houden. Het secuur selecteren op gewicht voorkomt ook onderlinge concurrentie waardoor het koppel gelijkmatig groeit.
Twee controleronden achter elkaar
De dagelijkse controle gebeurt altijd in twee delen. Eerst worden de voerbakken en nippels gecontroleerd. Vervolgens begint Meulendijks zijn controleronde van vooraf aan en heeft hij alle aandacht voor de varkens. Een goede controle betaalt zich uit, weet hij: “Je kunt daardoor snel ingrijpen waardoor de algehele gezondheid hoog blijft.” Zowel de borgen als de gelten worden in de loop van de ronde beperkt in de voergift op het moment dat ze gemiddeld 2,7 kilo opvreten. De borgen zitten hier snel aan. Bij de gelten zijn het vooral de zwaarste dieren die deze hoeveelheid dagelijks opvreten. De aanpak van Meulendijks resulteert in een vleespercentage van 59,3 procent met 12,6 procent AA en 86,1 procent A. De spierdikte zit op 69,97 millimeter en de spekdikte op 13,66 millimeter. “Mijn doel is om op alle fronten boven het gemiddelde te scoren. Met de VitaMax®-voeders lukt dat altijd.”
Tekst: Voergroep Zuid
Beeld: Voergroep Zuid
Bron: Voergroep Zuid