Succesvol beren houden moet je leren
De Limburgse varkenshouder Mark Tijssen zei dat in Wijchen op de bijeenkomst van de stuurgroep ‘Stoppen met castreren’. Bij dit grote project, bezig aan het laatste jaar, is de afgelopen vijf jaar zo’n 5 miljoen euro door ministerie en sector geïnvesteerd in het overbodig maken van castratie van beerbiggen (Verklaring van Noordwijk).
Getrainde ruikers
Het snel ontdekken van ‘stinkers’ aan de slachtlijn middels al zo’n 40 getrainde menselijke ruikers en een fokkerij die voor minder berengeur zorgt waren twee belangrijke onderzoeksrichtingen. Afgelopen 2 jaar is daarnaast bij zo’n 70 berenhouders, waaronder Tijssen, onderzocht waarom er bij sommige bedrijven veel ongewenst gedrag (springen, bijten, agressie) is en bij andere bedrijven juist weinig.
Volgens onderzoeksleider Carola van der Peet (Livestock Research) is er niet een allesbepalende oorzaak gevonden. Wel zijn er relaties gevonden tussen diergericht management (hoog voerniveau, minder dieren per vreetplek, lange troggen, goede hygiëne en watervoorziening) en lage percentages ongewenst gedrag. Bij deels open hokafscheidingen, schone vloeren en voldoende spleetbreedtes werd ook minder ongewenst gedrag gevonden.
Tarwezetmeel
Er is geen sterke band met de eindbeer gevonden. Wel was er bij gebruik van de Large White eindbeer minder agressie in het hok dan bij de Pietrain. Er werden ook geen relaties gevonden met de gemiddelde vloeroppervlakte per beer en de groepsgrootte. Onduidelijk was de relatie tussen ongewenst gedrag en de oplegstrategie.
Het licht (sterkte, natuurlijk of kunstmatig licht) in de stal had geen invloed op spronggedrag, al was er wel een relatie met meer of minder huidbeschadigingen. Op de groei van het dier heeft ongewenst gedrag in het hok geen invloed volgens de cijfers. Voor brijvoer of droogvoer geldt hetzelfde, al bleken sommige bijproducten zoals tarwezetmeel wel voor minder ongewenst gedrag te zorgen.
Succesvol houden
Volgens Van der Peet is de eindconclusie duidelijk; beren kunnen succesvol gehouden worden en de kans op ongewenst gedrag is klein; „Mits alle omstandigheden dus goed zijn, want een kleine negatieve prikkel kan dat al veranderen.”
Volgens de werkgroep onder leiding van Annechien ten Have wordt komend jaar vooral belangrijk dat de Europese markt berenvlees echt gaat accepteren. Verhalen dat de consumptie van varkensvlees in Nederland afneemt doordat hier al veel beren worden gehouden, noemde programmaleider Gė Backus onzinnig; „In landen zonder berenvlees zoals België en Frankrijk is er ook een daling in de consumptie en die was afgelopen drie jaar zelfs groter dan hier.”
Op de site www.boars2018.com worden komende tijd zo’n 50 rapporten gepubliceerd over alle onderzoeken die door de werkgroep afgelopen jaren zijn opgezet en afgerond.
Tekst: Lauk Bouhuijzen