Dijksma loodst GLB-brief door de Kamer
Ze had het daarbij niet echt moeilijk. De besluiten die ze had aangekondigd, bleven grotendeels overeind. Wel heeft Dijksma op bepaalde punten toezeggingen gedaan om zaken verder te onderzoeken of punten minimaal te wijzigen. Maar het plan is grotendeels overeind gebleven.
Niet onbeperkt
Jaco Geurts (CDA) en Carla Dik-Faber (CU) drongen er bij de staatssecretaris op aan om extra steun te geven voor de vleeskalverhouderij en de zetmeelaardappelteelt, sectoren die zwaar worden getroffen door de veranderingen in directe subsidies. Ze stelden voor om de subsidies aan deze sectoren te koppelen. Dijksma zegde toe om te kijken of ze extra steun kon verlenen, maar wees koppeling van de hand.
„En daarbij moet u bedenken dat al het extra geld dat ik aan een sector geef, niet terechtkomt bij andere boeren”, hield ze de Kamer voor. „De middelen zijn niet onbeperkt.” „Maar als we de subsidie boven 300.000 euro aftoppen?” vroeg Dik-Faber. „Het GLB geeft ons die mogelijkheid; zet dat zoden aan de dijk?” Het antwoord van Dijksma was kort, maar duidelijk: „Nee.”
Evenwicht
In de uitwerking houdt de staatssecretaris het evenwicht tussen landbouw enerzijds en milieu anderzijds, maar volgt ze een pragmatische lijn. Zo heeft ze voorgesteld dat grasland in Natura2000-gebieden niet mag worden geploegd, maar dat aan de andere kant graslanden die buiten die gebieden liggen, niet extra beschermd worden.
In het debat stelden Jesse Klaver (GroenLinks) en Eric Smaling (SP) voor om ook voor waardevolle graslanden buiten Natura2000-gebieden een ploegverbod in te stellen, terwijl Geurts en Helma Lodders (VVD) juist wilden dat binnen Natura2000-gebieden geploegd kan worden, als de biodiversiteit daar geen schade van ondervindt.
Dijksma hield echter voet bij stuk. „We moeten niet op postzegelformaat zaken willen regelen”, stelde zij. „Als we van elk stuk grasland gaan bepalen of de biodiversiteit lijdt onder het ploegen, betekent dat de inzet van extra ambtenaren en lange procedures. Dat moeten we niet willen.” De maatregelen die zij voorstelt zijn duidelijk en eenvoudig uit te voeren, stelde zij.
Moties
Zo loodste ze haar beleidsplan zonder veel kleerscheuren door de Tweede Kamer. De toeschouwers – waaronder landbouworganisaties als LTO en NAJK – hadden minder vuurwerk gezien dan ze hadden verwacht. „Het was rustiger dan ik had gedacht, voor zo’n belangrijk onderwerp”, zei een NAJK-lid. „Ja,” beaamde een vertegenwoordiger van het Interprovinciaal Overleg (IPO), „het was tam.” Desondanks legde de Kamer zestien moties voor aan Dijksma. Een zevental werd teruggetrokken, over de rest stemt de Tweede Kamer vanavond.
In mei 2014 legt Dijksma een verdere uitwerking van haar beleidsplannen voor aan de Tweede Kamer. Als die daarmee akkoord gaat, wordt het beleid in augustus voorgelegd aan Brussel.