Nieuwe wet: ‘Discriminatie varkenshouderij’
In de mestwetgeving staat dat alle bedrijven die hun mestoverschot binnen 20 km kunnen afzetten, vrijgesteld zijn van verplichte mestverwerking. In de uitvoering die Economische Zaken aan het amendement heeft gegeven staat echter dat veehouders maximaal 25 procent van hun fosfaatproductie als overschot mogen hebben, om in aanmerking te komen voor deze regionale vrijstelling.
„Een varkenshouder heeft bijna altijd meer dan 25 procent overschot en valt hier dus buiten en wordt daardoor benadeeld”, stelt de NVV vicevoorzitter. „Dit terwijl veel varkenshouders, zeker in de extensievere gebieden hun mest bij de buurman die akkerbouwer is, afzetten.”
Extra druk op regionale afzetmarkten
„Regionale kringlopen worden daardoor juist doorbroken in plaats van gestimuleerd. Daarbovenop creëer je extra druk op regionale afzetmarkten wat prijsopdrijvend zal zijn.”
Duteweerd vindt dat elk bedrijf met een mestoverschot mee moet helpen aan een oplossing. In de praktijk komt het erop neer dat melkveehouders door dit amendement voordeel hebben omdat die vrijgesteld kunnen worden van verplichte mestverwerking.
De varkenshouderij moet dan opdraaien voor alle kosten van mestverwerking, terwijl het een gezamenlijk probleem is. De NVV vicevoorzitter noemt dit ‘discriminatie.’