Is het wegen van gelten en zeugen belangrijk voor een hogere productie?

Sterke opfok, sterke zeug

De basis voor een productieve zeug wordt gelegd in de opfok. Een goede en gelijkmatige groei in deze fase zorgt niet alleen voor voldoende gewicht, maar ook voor een optimale ontwikkeling van het skelet, de organen én het voortplantingsapparaat. Denk hierbij aan de baarmoeder en eierstokken – cruciale onderdelen voor een goede vruchtbaarheid en worpgrootte.

Het streven is een levensgroei van minimaal 650 gram per dag, wat moet resulteren in een gewicht van 170 tot 190 kilogram op het moment van eerste inseminatie. Het realiseren van deze groeidoelstelling verhoogt de kans op een succesvolle eerste dracht én een duurzame zeug die meerdere productieve worpen kan voortbrengen.

Drachtgroei: investeren in moeder én biggen

Na inseminatie is een goede groei van de gelt van essentieel belang. Ze moet immers nog doorgroeien richting volwassenheid, doorgaans rond cyclus 4. Maar ook voor de ontwikkeling van de embryo's/foetussen in haar baarmoeder speelt de gewichtstoename van de zeug een grote rol.

Onderzoek toont aan dat een goede groei tijdens de dracht leidt tot een betere embryonale ontwikkeling en foetale groei. Dit vertaalt zich in meer levend geboren biggen, minder doodgeboren en minder mummies. Bovendien is de vitaliteit van de biggen bij geboorte hoger, wat hun overlevingskans én groeipotentie verhoogt.

Onderbouwd door data van Topigs Norsvin Nederland

Topigs Norsvin Nederland heeft in de afgelopen tien jaar uitgebreide data verzameld over het belang van gewichten bij gelten en jonge zeugen. Bij alle zeugenlijnen blijkt een goede ontwikkeling tijdens de opfok, gecombineerd met het juiste gewicht bij inseminatie, zich vertaalt in topresultaten.

In een recente studie van ruim 4.600 TN70-gelten, die zijn gevolgd tot en met worp 5, bleek dat gelten die bij inseminatie een gewicht hadden tussen de 170 en 190 kg gemiddeld zo’n €50 extra rendement per dier opleverden. Dit extra rendement ontstaat door grotere tomen, betere bigvitaliteit, minder uitval én een hogere levensproductie.

Conclusie: wegen loont

Hoewel het wegen van gelten en zeugen extra arbeid vraagt, is het in toenemende mate een onmisbaar hulpmiddel om de prestaties in de zeugenstal naar een hoger niveau te tillen. Door te sturen op groei en gewicht – vanaf de opfok tot en met de dracht – investeer je als zeugenhouder in duurzame productiviteit, gezonde biggen en een beter financieel resultaat.

Kortom: meten is weten, en wegen is winnen.