Bakermans op thema-avond Pig Business:
Open communicatie over besmettingen wenselijk
Johan's ‘nieuwe’ bedrijf ligt op 20 kilometer afstand, telt 400 zeugen en momenteel 1.000 vleesvarkens en hij gaat beide bedrijven combineren tot een gesloten bedrijf. En dat vraagt aanpassingen, ook met het oog op de gezondheid. De ervaringen op het thuisbedrijf met aangeleverde biggen waren op dat gebied niet altijd positief; om aan goede en gezonde biggen te komen, wil hij ze dus zelf produceren. Het verbouwen doet hij grotendeels zelf of in regie.
Anderhalf weeks-systeem
De uitgangssituatie op het nieuwe bedrijf, dat een Beter Leven-status heeft, is een weeksysteem. Johan: „Daardoor liggen er in de zes kraamafdelingen soms meer dan twee leeftijdsgroepen. Gezondheidstechnisch is dit niet ideaal. Ik wil daarin een knip maken.” Een knip die hij op de thuislocatie, met de vleesvarkens, ook al had. Dat betekent dat hij in de zeugenhouderij naar een zogenoemd anderhalf weeks-systeem over moet gaan om dat te realiseren. Johan licht toe: „Op donderdag spenen; een week overslaan. Dan op maandag spenen; een week overslaan. En dan weer op donderdag spenen, gevolgd door een week rust.” Zo krijg ik de leeftijdsgroepen in mijn situatie mooi bijeen.” Johan ziet overigens nog meer kansen voor verbetering op het vlak van de gezondheid: „De opfokgeltjes liggen nu in de vleesvarkensafdelingen. Ook dat is bepaald niet ideaal”, weet de varkenshouder, die geen specifieke varkenshouderijopleiding volgde, maar een schat aan praktijkervaringen opdeed op verschillende varkensbedrijven. Momenteel is hij echt aan het passen en meten, ten slotte dateert de nieuwe samenwerking pas vanaf juli dit jaar. De aanvoer van biggen van de eerdere leverancier is stopgezet en de eerste ‘eigen’ biggen, op een gewicht van 25 kilo zijn al opgelegd op de thuislocatie. Het transport hiervan wil hij op termijn om gezondheidsredenen zelf oppakken: „Op termijn is het de bedoeling elke tien dagen 250 tot 300 biggen op de thuislocatie op leggen. We hebben trouwens een vergunning om daar nog eens 2.000 vleesvarkensplaatsen bij te bouwen. We vullen nu het tekort aan plaatsen op door in een bestaande, lege zeugenstal 300 vleesvarkensplaatsen te creëren. In de vleesvarkens wil Johan nog een extra knip maken: „Ik wil de leeftijd in de hand houden. Ik wil de zwaarste biggen van de lichtste biggen scheiden en ze gescheiden opfokken. De 70 procent zwaarste biggen mest ik op de thuislocatie af in groepen van 40-50 varkens. De lichtste biggen blijven hier achter en mest ik met zeven biggen per hok af.
Gezondheid
Johan zal op deze thema-avond ingaan op de gezondheidstatus op de thuislocatie en op die van de nieuwe locatie. Omdat de zeugenstapel een hoestje had, kreeg ze recentelijk en eenmalig een mycoplasma-vaccinatie. Wat betreft PRRS worden alle zeugen jaarlijks driemaal gevaccineerd tegen dit virus, tegen griep driemaal en daarnaast krijgen ze een Roka-vac en een APP-vaccinatie. Verder vaccineert hij de biggen tegen Mycoplasma en Circo. Bij de zeugen werkt de varkenshouder met blokentingen: „Dan weet je zeker dat je niets overslaat." Zeker interessant is Johan’s visie op de informatie-uitwisseling over gezondheidsaspecten: „Vermeerderaars en mesters moeten veel openener met elkaar communiceren, weet ik uit ervaring. Ik zal vast en zeker niet de eerste en de enige zijn die hier kritisch op is. Want ook ik trof gevaccineerde biggen aan die uiteindelijk serologisch positief waren voor bepaalde infecties en dit zelfs klinisch manifesteerden, terwijl de vermeerderaar dan in eerste instantie ontkent dat er iets speelt. Ook komt het voor dat een vermeerderaar met echt goede biggen iets extra’s kan krijgen bij een andere mester, en dat je dan als vleesvarkenshouder opeens op zoek moet naar andere leverancier.” Om deze situatie te voorkomen kwam de mogelijkheid om bedrijfsmatig samen te werken met een andere varkenshouder voor Johan als een lot uit de loterij: „Ik wil goede biggen hebben; ook wil ik biggen hebben die een goede start gehad hebben. Anders moet er in de vleesvarkenshouderij geld bij!”
Op het nieuwe bedrijf is speendiarree geen onderwerp van betekenis en dat geldt ook voor de speendip. Misschien is dat te danken aan de intensieve manier waarop hier met de biggetjes wordt omgegaan: tot en dag 8 krijgen ze extra melk, daarop volgt de prestarter en vanaf dag 5 voor het spenen de speenkorrel. Daarbij doet zich wel de complicatie voor dat op de thuislocatie alles op brijvoer staat en dat ze op het nieuwe bedrijf met droogvoer werken.
Geen hittestress
Op de thuislocatie, waar overgegaan is op het Beter Leven-systeem, was de aanpassing voor meer daglicht de meest ingrijpende aanpassing. Momenteel breekt Johan zijn hoofd over een betere scheiding van de schone en de vuile weg aldaar. De afvoer van mest vraagt op het gebied van hygiëne eenvoudig om verbeteringen. Dat is op de nieuwe locatie beter voor elkaar. Daarentegen is op de nieuwe locatie veel aandacht aan het klimaat besteed. Er ligt hier maar liefst 1,5 hectare pvc-slangen in de grond, om in de zomer de ingaande verse lucht te koelen en in de winter te verwarmen. „Hiermee koelden we tijdens de meest hete dagen de buitenlucht van 35 graden tot 24 graden. Geen hittestress bij de zeugen, geen dode zeugen en de voeropname tijdens de tropische dagen bleef op peil”, vertelt Johan enthousiast.
Programma
19.15 uur: Ontvangst met koffie of thee
19.30 uur: Praktijkworkshop gegeven door De Lintjeshof, die orde schept in de chaos!
19.55 uur: Gastspreker Johan Bakermans, Heeze
20.45 uur: Praktische workshops ‘Gezondheid’
21.45 uur: Naborrelen met een gehakbal