Column: Macht ligt bij slachterijen in 2018
De Nederlandse en Duitse slachterijen weigeren halsstarrig en hoogmoedig om ook maar één cent meer te betalen, ondanks dat er meer dan prima afzetmogelijkheden voor het varkensvlees zijn. De vraag of een verhoging er dit jaar dan nog in zit, wordt steeds moeilijker om bevestigend op te antwoorden. Over drie weken zijn we Sinterklaas al weer voorbij en dat is vaak het sein om de roepprijzen te verlagen. Jammer dat het zo moet, maar 2018 is een jaar waar de macht voor het grootste gedeelte bij de slachterijen ligt. Teleporc gaf afgelopen vrijdag nog wel een plus van 1 cent, maar de stemming voor varkenshouders blijft in mineur. De Boerenvarkensprijs handhaaft zich onveranderd op 1,46 euro. Een prijs die het beste de vraag en het aanbod weerspiegelt, maar waar de slachterijen nu ver onder zitten.
Wel positief
De Boerenbiggenprijs is in tegenstelling tot de vleesvarkens wel positief gestemd, omdat de vraag naar biggen toeneemt. Vleesvarkenshouders verwachten in maart 2019 een betere varkensprijs en willen nu vlot opleggen. Het aanbod van biggen wordt bovendien krapper door de warmte van deze zomer. De vraag overstijgt dus langzaam het aanbod. De Boerenbiggenprijs stijgt daarom met plus 1,50 euro naar 35.50 euro
