Schade niet vergoed na massale biggensterfte
Het Eindhovens Dagblad meldt dat dit de Raad van State vorige week heeft beslist in een rechtszaak die Kwinten aan had gespannen tegen het Faunafonds. Hij eiste een schadevergoeding van 84.000 euro.
Op nog geen 50 meter van zijn stal trof Kwinten in 2012 een kadaver van een wild zwijn aan. Rond die periode kreeg zijn varkensbedrijf te kampen met grote uitval. Op zijn bedrijf stierven in totaal 1.300 biggen. Bovendien moest hij 25 zeugen laten ruimen.
Geen verband aangetoond
Kwinten is van mening dat virussen afkomstig van het kadaver bij zijn dieren in de stallen zijn terecht gekomen. Het Faunafonds voelt zich niet verantwoordelijk voor de schade, omdat er nooit een verband is vastgesteld tussen het dode wilde zwijn en de ziekte onder de varkens. Het zwijn werd meteen na de vondst in Westerhoven opgehaald en daarna in Lelystad vernietigd.
De Raad van State heeft het Faunafonds in het gelijk gesteld, omdat Kwinten dit niet binnen de gestelde termijn heeft aangekaart. De varkenshouder heeft de schade pas driekwart jaar later gemeld bij het Faunafonds, terwijl dat volgens de regels had gemoeten binnen zeven werkdagen.
Tekst: Ruben van Boekel