CETA-normering zet parlementaire controle buiten spel
Nog steeds kans groeihormonen in kiloknallers
„Want”, zo zegt Slomp, „Canada vormt daarmee een tegenstelling met de varkenshouderij in de Verenigde Staten. Daar wordt dit product nog volop gebruikt. Theoretisch kan er nog altijd Amerikaans varkensvlees via Canada in Europa verkocht worden dat wel Ractopamine ‘induced’ is.”
Alweer ruim zes maanden geleden uitte de Canadese boerenleider Jan Slomp in een videoboodschap aan het Vlaamse parlement nog zijn zorgen over het nieuwe vrijhandelsakkoord CETA. Door dit nieuwe akkoord kon volgens hem Canadees vlees de voedselveiligheid op de EU-markt bedreigen. Het in Europa verboden hormoon Ractopamine heeft een anabole werking die de spiermassa doet toenemen en het vetgehalte doet afnemen. Slomp sprak daarom zijn zorgen uit over de circa 80.000 ton varkens- en rundvlees die vanuit zijn land de EU kan worden binnengeloodst.
Codex Alimentarius
De kern van het probleem blijft dus volgens Slomp overeind: „In die zin, dat interne Europese normen niet bepalen of een product wel of niet kan worden ingevoerd. Bij invoer bepaalt het internationale protocol in Codex Alimentarius of het product aan de eisen voldoet. Het gebruik van Ractopamine in de varkenshouderij en het gebruik van groeihormonen in de rundveehouderij worden niet besproken in Codex Alimentarius, dus bij een kort geding of een handelsgeschil is het zeer wel mogelijk dat Codex Alimentarius de rechtmatigheid bepaalt en niet de intern bepaalde Europese normen.”
Geen parlementaire controle
De niet toegestane groeihormonen, waaronder Ractopamine, kunnen dus wel degelijk in de vorm van vlees in het winkelschap liggen in Europa. En vaak in de vorm van kiloknallers. „Als Europeaan zou ik me daar grote zorgen over maken want groeihormonen worden bij jullie niet toegestaan. CETA introduceert een nieuwe manier om normering vast te stellen zonder dat er parlementaire controle op bestaat”, aldus de Canadese boerenvoorman.