Aanpak vroege Mycoplasma infectie begint bij de zeug
Ongeveer 85% van de vaccinaties in Nederland gebeurt met een one-shot vaccin. Met de huidige vaccins staat 2 á 3 weken na vaccinatie de bescherming. Over het tijdstip van vaccinatie soms discussie, moet het in de eerste week of kan het ook later? De laatste jaren wordt meer dan de helft van de te vaccineren biggen rond 3 weken leeftijd naar tevredenheid gevaccineerd.
Meerdere studies met verschillende vaccins hebben aangetoond dat een latere vaccinatie in het leven van een big (dus vanaf 3 weken leeftijd) een beter economisch resultaat geeft. Als je ziet dat voor het overgrote deel van de Nederlandse bedrijven de veldinfectie in de vleesvarkenstal plaatsvindt, is er voor deze bedrijven ook geen noodzaak voor een zeer vroege vaccinatie.
Een kleiner percentage van de Nederlandse bedrijven heeft een vroege infectie in de kraamstal, begin biggenopfok periode. Factoren die gevonden worden op bedrijven met een vroege infectie hebben te maken met relatief veel jonge zeugen op het bedrijf die eerder nog weinig contact met Mycoplasma hebben gehad en/of problemen bij de biestvoorziening naar de biggen.
In het aanpakken van deze factoren ligt daar de structurele oplossing. Het helpt als de gelten al eerder zelf de besmetting hebben doorgemaakt, als ze op een Mycoplasma positief bedrijf komen te staan, zodat ze niet meer zelf de kiem uitscheiden naar de big tijdens die voor de big belangrijke kraamstalperiode. Dit wordt bereikt door gelten eerder aan te kopen en te laten adapteren (voor levensweek 16) én vaccinatie van de gelten tegen Mycoplasma vóór aandekken én tijdens dracht.
Dit gecombineerd met een verbetering van de biestopname van de biggen is de structurele oplossing. Het verlaagt de kans dat gelten en zeugen de kiem zullen overdragen én de biggen worden minder ontvankelijk voor deze overdracht. Hierdoor wordt de vroege besmetting naar een later tijdstip gedrongen. Iedereen een Mycoplasma vrij gespeende big. Dit geeft dan ruimte voor een latere vaccinatie van de biggen om deze zelf actief te beschermen.
Het is belangrijk goed de verwachtingen te bespreken voordat er gestart wordt met het vaccineren van dieren. Dit zorgt ervoor dat er later een reële evaluatie gemaakt kan worden op basis van de juiste meetwaarden zoals verbeterde groei en verminderde sterfte.
Boehringer Ingelheim Animal Health Netherlands B.V.
Customer Support
Tekst: Nico Wertenbroek
Beeld: Boehringer Ingelheim