Fosfaat- en stikstofproductie varkens in 2018 gedaald
De fosfaatproductie van de varkenssector kwam in 2018 uit op 37,3 miljoen kilo. Varkenshouders werden door de regeling fosfaatreductieplan varkenshouderij gestimuleerd om over te schakelen op voer met een lager fosforgehalte. Dat droeg ook bij aan de daling van de fosfaatproductie in de varkenshouderij. Mede door deze maatregelen is de fosfaatproductie de laatste jaren gedaald tot onder het fosfaatplafond van 39,7 miljoen kilo. De fosfaatproductie bij fokvarkens daalde met 100.000 kilo. Eenzelfde afname was te zien bij de vleesvarkens.
Ook de stikstofproductie is in 2018 gedaald. Lag de stikstofproductie in 2017 nog op 97,4 miljoen kilo stikstof in 2018 was dit naar 96,9 gedaald. Ruim 2 procent onder het plafond van 99,1 miljoen kg stikstof. De stikstofproductie bij fokvarkens daalde met 100.000 kilo en van vleesvarkens ging 500.000 kilo omlaag.
Nederlandse fosfaatproductie
Overigens daalde de totale Nederlandse fosfaat- en stikstofproductie. Vorig jaar lag de fosfaatproductie op 160,7 miljoen kilo fosfaat. Dat is ruim 12 miljoen kilo onder het fosfaatplafond van 172,9 miljoen kilo. In 2018 werd er vergeleken met een jaar eerder 8,3 miljoen kilo minder fosfaat geproduceerd, een daling van 5 procent. Het is het tweede achtereenvolgende jaar dat de productie onder het door de Europese Unie (EU) vastgestelde fosfaatplafond ligt.
De fosfaatproductie van de melkveesector bedroeg vorig jaar 77,4 miljoen kilo, 9,2 miljoen kilo minder dan in 2017. Hiermee ligt de fosfaatproductie in de melkveesector 9 procent onder het fosfaatplafond voor de melkveesector (84,9 miljoen kilo). De fosfaatproductie van vleesrundvee lag met 11,2 miljoen kilo iets hoger dan een jaar eerder. Ook de leghennen noteerde een hogere fosfaatproductie, terwijl die van vleespluimvee juist daalde
Totale stikstofproductie
Ook de stikstofuitscheiding is iets gedaald, maar ligt met 506,1 miljoen kilo nog wel iets boven het stikstofplafond van 504,4 miljoen kilo. De stikstofuitscheiding in de melkveesector is in 2018 iets afgenomen, het daalde licht naar 292,8 miljoen kilo. Dat is ruim 3 procent boven het stikstofplafond van 281,8 kg. Een jaar eerder was dit nog 303,5 miljoen kilo. De marginale overschrijding van het stikstofplafond komt geheel voor rekening van de melkveehouderij. Door een grotere voederbehoefte.
De geprognosticeerde overschrijding van het stikstofproductieplafond brengt volgens de minister van LNV een risico met zich mee, aangezien Nederland door de Europese Commissie ook gehouden wordt dit plafond te handhaven. De minister roept daarom de sector op om hier alert op te zijn en waar mogelijk maatregelen te nemen om de stikstofexcretie te verminderen.