2020: mestpannen installeren om varkens te mogen blijven houden
Als een luchtwasser niet realiseerbaar is, bijvoorbeeld vanwege een te geringe omvang van de varkenshouderij, dan bestaan er ook bij vleesvarkenshouders nog altijd het alternatieven. Zoals het monteren van mestpannen in de putten. Door de mest periodiek via een afsluitbare opening onderin de pannen weg te laten lopen, vermindert namelijk het ammoniak-emitterend oppervlak.
Meer vraag
John van Schriek van Jovas, één van de leveranciers van een dergelijk systeem, meldt een toenemend aantal vragen over de mestpannen die zij leveren. Het gaat om een aantal Groen Label systemen die in 2004 op de RAV-lijst gekomen zijn en die het bedrijf al sinds 2012 in de vleesvarkenshouderij installeert. „Het werkt vrij simpel om zo’n systeem in de mestput te bouwen”, vertelt Van Schriek. „Het is een kwestie van de roosters verwijderen, de mestpannen met overloop in de mestput monteren. En ten slotte de stop erin om de mest periodiek onder de mestpannen te laten stromen. Hiermee kun je aan de ammoniakemissie voldoen die vanaf 1 januari 2020 voorgeschreven is.”
Tot 2.000 varkensplaatsen
De mestpannen voor vleesvarkens en dragende zeugen produceert Jovas altijd op maat. Daarbij houden ze rekening met de reeds bestaande mallen. Er zijn drie verschillende uitvoeringen mogelijk, namelijk het bakmodel, het gootmodel en het gootmodel met kanaalscheidingswand. Volgens Van Schriek zal de investering op 37 tot 50 euro per vleesvarkensplaats komen. „Aanvragen komen vooral van kleinere mesters, minder van de grotere bedrijven. Die hebben hun plannen vaak al gerealiseerd met luchtwassers en de plannen om nog minimaal vijftien jaar door te gaan. Hun stallen zijn vaak groter en is er al een centraal luchtkanaal.” Hij betittelt het Jovas-mestpannensysteem dan ook als minder interessant bij 5.000 vleesvarkens of meer: „Maar wel als het er 2.000 of minder zijn, of wanneer is sprake is van een kleine vleesvarkenstak op een gemengd bedrijf. Recentelijk hadden we nog een aanvraag van een bedrijf met 120 vleesvarkensplaatsen.”
Eventueel verhuren
Jan Bongen in Aalten, met 1.300 vleesvarkensplaatsen, is één van de bedrijven waar Jovas dit systeem komt monteren. De varkenshouder vertelt dat hij al in 2013 zijn eerste mestpannen liet leggen. Onlangs kreeg de vergunning om ook de rest van zijn bedrijf (700 plaatsen) te voorzien van mestpannen: „Al met al was de doorlooptijd van dit project een jaar. De stallen, met vrij diepe putten, zijn nog goed. De warme sanering is nog niet uitgekristalliseerd en daar wil ik niet op wachten, want ik wil nog zeker 10-15 jaar doorgaan. Zonder investering kan ik helemaal niets met de stallen, nu kan ik ze eventueel later ook verhuren. Het is voor mij een kwestie van kosten/baten-analyse geweest om hiervoor te kiezen. Daarbij is dit mestpannensysteem relatief goedkoop.”
Alsnog doorgaan
De mestput hoeft voor de montage van mestpannen nog niet eens helemaal schoon te zijn, al is dat wel plezieriger werken. De grootste klus zit in het verwijderen en terugleggen van de roosters. De lege mestpannen zijn met 35 kilo per stuk goed hanteerbaar. Dankzij dit RAV-erkend systeem kunnen varkenshouders, die misschien al van plan waren per 1 januari 2020 hun varkenshouderijtak te beëindigen en de rechten te verkopen alsnog besluiten toch door te gaan. „Melkveehouders met een gemengd bedrijf die verplicht moesten in inkrimpen, in plaats van te kunnen uitbreiden door de varkenstak af te stoten, zou dit in de kaart kunnen spelen. Maar er is wel haast bij geboden om mestbakken te installeren, ik zeg altijd dat je bij heel goede resultaten in twee mestrondes de investering terugverdient”, aldus Van Schriek.