Dijksma: geen verdriedubbeling aantal ‘megastallen’
Een aantal leden van de Tweede Kamer vroegen Dijksma om opheldering over de ontwikkeling van het aantal megastallen. Zij verwezen daarbij naar een artikel in dagblad Trouw van 13 maart, waarbij werd gesteld dat het aantal megastallen was verdriedubbeld.
Trouw ontleende de gegevens over de ontwikkeling van het aantal grote stallen in Nederland tussen 2005 en 2013, aan een factsheet van Milieudefensie.
Milieudefensie had het WUR-onderzoekinstituut Alterra laten inventariseren wat de ontwikkeling is in het aantal grote bedrijven in de landbouw. Volgens Dijksma is de verwarring ontstaan doordat de toename van het aantal grote bedrijven direct vertaald is naar het aantal ‘megastallen’.
Meerdere kleinere stallen
Dijksma geeft aan dat er in 2005 (exclusief kippen) 251 grote bedrijven en 235 grote stallen en in 2013 er 699 grote bedrijven en 554 grote stallen waren. In 2013 bestond 23 procent van de grote bedrijven uit meerdere kleinere stallen, die op meer dan één locatie staan.
De staatssecretaris legt uit dat daardoor een groter aantal bedrijven boven de 300 NGE (7.500 vleesvarkens of 1.200 fokvarkens) komt, terwijl de omvang van de stallen op de verschillende locaties onder deze omvang blijft.