Agrifirm lanceert ‘Dutch Farming’

,,Met deze overkoepelende naam tonen we dat we trots zijn op de Nederlandse landbouw en accentueren we de keuzes die Agrifirm zelf maakt,” zo vertelde algemeen directeur Ton Loman dinsdag 2 juni tijdens een speciaal aan het thema duurzaamheid gewijd symposium in het hoofdkantoor in Apeldoorn.

Het was voor de coöperatie met rond 17.000 leden in zowel de dierlijke als plantaardige sectoren de eerste keer dat een dergelijk symposium, gekoppeld aan de presentatie van het eerste maatschappelijk jaarverslag 2014, werd georganiseerd.

Volgens Agrifirm-directeur Ruud Tijssens gaat het bij dit CSR oftewel ‘Corporate Social Responsibility’ om zes pijlers; verantwoorde aankoop van grondstoffen, efficiënte productie en logistiek, efficiënt grond- en bodemgebruik, gezonde bodem, dieren en planten, een duurzaam consumentenaanbod en goede medewerkers.

30 procent minder gewasbeschermingsmiddelen

De ambities zijn hoog; zo wil Agrifirm in 2025 zo’n 20 tot 30 procent minder gewasbeschermingsmiddelen dan nu gebruiken. De gehele organisatie moet in datzelfde jaar zo’n 15 procent minder energie gebruiken. Voor de productielocaties is de gewenste reductie 5 procent.

Daarnaast moet in 2020 alle ingekochte soja voldoen aan de eisen voor verantwoorde productie zoals die vanuit de maatschappij worden gesteld. De diverse sprekers op het symposium benadrukten wel met enige regelmaat dat de winstgevendheid (‘Profit’) als basis van het bedrijf (en die van de leden) niet in gevaar mag komen.

Aparte labels

Alle producten van de coöperatie zullen voortaan voorzien worden van speciale labels, zo vertelde Jan Kamphof, verkoopdirecteur van Agrifirm Feed. Er komen aparte labels voor mineralenefficiëntie, diergezondheid, klimaat, recycling en verduurzaming grondstoffen. Via de ingevulde labels kunnen leden zien hoe goed het product wel of niet is voor verduurzaming.

,,Een onafhankelijk adviesbureau zal dat met vaste protocollen en regels gaan beoordelen, dat doen we niet zelf,” zo vertelde Kamphof. ,,Wat hebben onze veehouders en akkerbouwers daaraan? Het is een meerwaarde voor de andere partijen verder in de keten. En het geeft onze leden een keuzevrijheid; wat willen we wel of niet gebruiken.”