Nederlanders geven 17 keer zoveel uit aan vlees als aan vleesvervangers
In andere Europese landen is een vergelijkbaar beeld waar te nemen, meldt ABN Amro. Duitsland en Frankrijk hebben het minst trek in vleesvervangers.
De markt voor vleesvervangers zal wel verder groeien, verwacht ABN Amro. Voor 2019 en 2020 wordt een groei van 10 procent verwacht. Hierbij moet wel een kanttekening worden geplaatst: het marktaandeel van vleesvervangers is nog geen 1 procent van dat van vlees. In absolute zin, blijft het aandeel van vleesvervangers marginaal ten opzichte van vlees.
Nieuwe spelers
De groei is volgens de bank vooral te danken aan de komst van nieuwe spelers. Naast kleine nichespelers houden nu ook grote voedings- en vleesproducenten, zoals Unilever, zich bezig met het ontwikkelen en aanbieden van vleesvervangers. Dit betekent dat steeds meer geld voor innovatie en productie beschikbaar komt. Hierdoor stijgt het aanbod in de schappen en krijgt de consument meer keuze.
Innovaties
Smaak is een belangrijk verbeterpunt bij vleesvervangers. De producenten werken volgens ABN Amro hard aan de smaakbeleving en aan de structuur om echt vlees zo goed mogelijk na te bootsen. Innovatie vindt ook plaats op het gebied van ingrediënten, labels als glutenvrij en marketing. Producenten van vleesvervangers kijken daarbij nog vooral naar het kopiëren van bestaande vleesconcepten, zoals bijvoorbeeld het nabootsen van pulled chicken.
Ook wordt er van alles aan toegevoegd om de consument een betere gezondheidsbeleving te laten krijgen bij vleesvervangers. Zo voegen producenten verschillende superfoods toe aan de vleesvervangers, zoals hennep of boerenkool.
Verder wordt ingezet op hybride vleesvarianten. Dit zijn bijvoorbeeld burgers die deels uit vlees en deels uit oesterzwammen bestaan, of gehaktballen die naast gehakt ook plantaardige vulling hebben, zoals rijst.
Deze producten zijn vooral bedoeld voor de grote groep consumenten die minder vlees wil eten. De zogenoemde flexitariërs. Wel blijkt het lastig om dit hybride product te positioneren, er zit immers wel vlees in en is dus niet een volledige vleesvervanger.
Klimaat
Naast een uitgebreider aanbod, een hogere kwaliteit en meer bekendheid van het product, is aandacht voor het klimaat een belangrijke motor voor de groei van de markt van vleesvervangers. Net als minder water en energie verbruiken en afval scheiden, wordt minder vlees eten vaak genoemd in lijstjes met stappen die consumenten zelf kunnen zetten in de strijd tegen klimaatverandering.
Circa 60 procent van de consumenten zegt een aantal dagen van de week minder vlees te eten. Vijftien procent doet dit nog niet, maar zegt dit wel te willen. De discrepantie tussen wat consumenten willen en wat ze daadwerkelijk doen, is opvallend. De groep consumenten die wel vaker vegetarisch zou willen eten maar het (nog) niet doet, geeft aan dat zijzelf of hun partner echt vlees nog te lekker vinden of dat ze niet bekend zijn met vleesvervangende recepten.
Tekst: Caroline van der Plas
Tot oktober 2020 chefredacteur van Pig Business en Pluimveeweb bij Agrio Uitgeverij. Oprichter BoerBurgerTweet, mede-oprichter BoerBurgerBeweging en Team Agro NL. Schrijfster van het BoerBurgerBoek. Winnaar Gouden Greep 2019, de landelijke persprijs voor de beste landbouwjournalistiek, voor de artikelenserie Vegagressie. Haar motto was: Vertel je verhaal, anders vertellen anderen het voor je!
Beeld: Ellen Meinen Agrio Archief
Bron: ABN Amro