België: ‘Bosbouw nog te risicovol in varkenspest besmette gebied’
Tot nu toe weten de Belgen het varkenspestvirus behoorlijk goed te bestrijden. De jacht en controle op wilde zwijnen zijn effectief geweest en het aantal wilde zwijnen, dat nu besmet is, ligt aanzienlijk lager dan begin dit jaar. De Waalse overheid meldt dat er tot en met 11 juni 821 besmette wilde zwijnen zijn gevonden en 3029 wilde zwijnen zijn geanalyseerd. Veertien dagen daarvoor stond het aantal op 814. In twee weken tijd zijn er ‘slechts’ 7 nieuwe besmettingen bijgekomen.
De Afrikaanse varkenspest (AVP) epidemie bij everzwijnen in de provincie Luxemburg blijft echter voortduren, maar nu het aantal besmettingen sterk verminderd, willen de Walen de bosbouwactiviteiten weer voortzetten. Om na te gaan of er een link zou zijn tussen het hernemen van de bosbouwactiviteiten in de besmette zone en de mogelijke introductie van het virus in varkensbedrijven, zette het Wetenschappelijk Comité van het Voedselagentschap een onderzoek op. Op dit moment schat ze dit risico laag in voor de bewakingszone, maar het risico is niet onbestaande omdat er wel een indirecte transmissie mogelijk is via werktuigen en via de mens.
De wetenschappers zien echter wel een probleem op het niveau van de wilde zwijnen in de besmette zone. Wanneer bosbouwwerkzaamheden opnieuw worden hervat, dan zou dit wel een hoger risico inhouden voor de verspreiding van het virus bij wilde zwijnen. Het risico wordt door het Comité als ‘gemiddeld’ geschat. Het aantal aannemers, dat de bosbouwwerkzaamheden uitvoert, is beperkt waardoor ze zich vaak moeten verplaatsen. De verschillende sites waar ze werken, bevinden zich in de natuurlijke biotoop van zwijnen. Gezien het invasieve karakter van de bosbouwwerkzaamheden is het mogelijk dat zij in contact komen met besmet materiaal, zoals kadavers of uitwerpselen in de besmettingszone II.