Circo vaccinatie: waarmee moet je rekening houden?

De beste en vandaag meest toegepaste manier om PCV2 infecties te beheersen is vaccinatie. De commercieel beschikbare vaccins zorgen voor een uitstekende beschermende immuniteit, maar verhinderen niet dat het virus ook in gevaccineerde bedrijven blijft circuleren. Dit betekent dat het PCV2 virus ondanks vaccinatie in de varkenspopulatie aanwezig blijft en dat bedrijfseradicatie met de huidige vaccins niet mogelijk is. Bij het opstellen van een PCV2 vaccinatieprotocol moeten verschillende keuzes gemaakt worden, zoals het vaccinatietijdstip, de keuze van de te vaccineren dieren (biggen, gelten, zeugen) en de vaccinkeuze.

Biggen, gelten en/of zeugenvaccinatie?

Omdat PCV2 infecties de grootste verliezen veroorzaken bij biggen en vleesvarkens is het in de eerste plaats belangrijk om de biggen te vaccineren.

Verder is ook de stabiliteit van de zeugenstapel erg belangrijk om de circulatie van het virus in het bedrijf onder controle te houden. De introductie van gelten betekent een risico op verstoring van deze stabiliteit. Gelten kunnen immers naïef zijn voor het PCV2 virus en dus vatbaar zijn voor PCV2 infecties tijdens de dracht of in het kraamhok. Dit kan aanleiding geven tot reproductie problemen bij de gelten zelf of tot infectie van de ongeboren of zogende biggen. Daarom is het aan te raden om alle gelten vóór introductie in de zeugenstapel te vaccineren.

Vaccinatie van beren zorgt voor een significante reductie van de uitscheiding van het PCV2 virus in het sperma. Daarom is (her)vaccinatie van beren geadviseerd vóór ze ingezet worden in de spermaproductie in KI centra.(2) Ook vaccinatie van zoekberen wordt geadviseerd.

In specifieke gevallen, wanneer de biggen al in de eerste levensweken geïnfecteerd worden met het PCV2 virus of bij reproductie problemen ten gevolge van PCV2 infecties, is ook vaccinatie van de zeugen aan te raden.

Hou bij het toedienen van vaccins steeds rekening met de richtlijnen voor gebruik, zoals beschreven op de bijsluiter van het gebruikte vaccin.

Vaccinatietijdstip

Afhankelijk van het gebruikte vaccin kan biggenvaccinatie uitgevoerd worden vanaf de leeftijd van 2 à 3 weken. Biggenvaccinatie wordt liever niet op jongere leeftijd uitgevoerd omwille van het risico op een verminderde werkzaamheid van het vaccin door interferentie met PCV2 maternale antistoffen die de biggen met het colostrum hebben opgenomen.

Optimaal wordengelten de eerste keer gevaccineerd als big en worden ze vervolgens gehervaccineerd vóór introductie in de zeugenstapel. Het enige commercieel beschikbare vaccin dat op de bijsluiter een aanbevolen vaccinatieschema voor gelten vermeldt, beveelt een tweevoudige enting aan met een tussentijd van 3 tot 4 weken.

Indien zeugengevaccineerd worden om de nakomelingen tijdens de eerste levensweken te beschermen, moeten de zeugen op het einde van de dracht gevaccineerd worden, zoals voorgeschreven in de bijsluiter van het enige vaccin dat een indicatie heeft voor passieve immunisatie van de biggen. Een ander motief voor zeugenvaccinatie is de preventie van reproductieve problemen. In dit geval zouden de zeugen gevaccineerd kunnen worden tijdens de lactatieperiode, voor de volgende dekking. Op basis van de indicaties vermeld op de bijsluiters van de beschikbare vaccins is dergelijke toepassing off-label, aangezien de beschikbare PCV2 vaccins geregistreerd zijn voor de preventie van PCV2 gerelateerde ziekte bij biggen en vleesvarkens.(1)

Vaccinkeuze

Alle huidig beschikbare PCV2 vaccins zijn gebaseerd op het PCV2a genotype. Op basis van de aard van het antigeen kunnen de PCV2 vaccins onderverdeeld worden in 3 types:

Vol-virus PCV2 vaccins:

Deze vaccins bevatten het volledige, geïnactiveerde PCV2(a) virus.

PCV1/PCV2 recombinante vaccins:

Deze vaccins bevatten een niet-pathogeen, geïnactiveerd PCV1 virus waarin het ORF2 gen van PCV2(a) is ingebracht. Het antigeen is dus een geïnactiveerd PCV1 virus met het viruskapsel van het PCV2(a) virus.

ORF2 subunit vaccins:

Deze vaccins bevatten uitsluitend het viruskapsel van het PCV2(a) virus.

Verschillende PCV2 vaccintypes, op basis van het type antigeen (3)

Referenties

1.Best practice and future challenges for vaccination against porcine circovirus type 2. Joaquim Segalés (2015). Expert Review of Vaccines, 14:3, 473-487.

2.Effect of porcine circovirus type 2 (PCV2) infection on reproduction: disease, vertical transmission, diagnostics and vaccination. Madson and Opriessnig. Animal Health Research Reviews 12(1); 47–65.

3.By Nossedotti (Anderson Brito) [CC BY-SA 3.0 (https://creativecommons.org/licenses/bysa/3.0).