‘Bulk nodig om conceptvarken mogelijk te maken’

Martin Houben, Hans Verhoeven en Frans de Rond zeggen dat de Nederlandse varkenshouderij niet zonder het gangbare varken kan. Dat was de gedeelde mening van het drietal varkenshouders tijdens het debat ‘Hoe maak je omfietsvarkens?’ van Foodlog afgelopen donderdagavond bij de Hogeschool HAS Den Bosch.

Wereldmarkt wil volume
Hoewel steeds meer tongen beweren dat conceptvarkens de redding zijn van de Nederlandse varkenshouderij, breekt het drietal een lans voor het gangbare varken. „Die bulk hebben we nodig, omdat we maar een kwart tot een derde van het geslacht varken opeten", zegt Hans Verhoeven. „De rest bestaat uit onderdelen die we in ons land niet willen. Zo zijn de pootjes in ons land niet te verkopen, terwijl de Chinezen er graag voor betalen."

Bovendien zorgt het gangbare varken voor volume en volgens de varkenshouder en mede-oprichter van de Keten Duurzaam Varkensvlees is volume onmisbaar op de wereldmarkt. „We moeten volume houden om toegang te houden tot de wereldmarkt. De wereldmarkt wil alleen volume.” Daarom vreest hij dat als de binnenlandse varkenshouderij gesaneerd wordt, dit het begin van het einde is. „Als we 30 procent krimpen, dan zet je de Nederlandse varkenshouderij bij het oud vuil.”

Europa thuismarkt
Varkenshouder Martin Houben ondersteunt het verhaal van Verhoeven en zegt dat je de vierkantsverwaarding niet rond krijgt binnen gesloten ketenconcepten. „De minder gewilde varkensonderdelen moet je toch via de bulk afzetten. Het is een illusie dat we zonder de bulkmarkt kunnen.”

De directeur van Houbensteyn Groep vindt het ook overdreven dat er in Nederland steevast over een overschot van 250 procent aan varkens wordt gesproken. „Ik zeg altijd dat wij maar 10 procent exporteren. Europa is mijn thuismarkt, niet Nederland. Het Ruhrgebied is voor mij belangrijker en dichterbij dan Amsterdam.”

Niet de oplossing
Frans de Rond is het met Houben eens. „We hebben de wereldmarkt net zo hard nodig als onze buurman”, zegt de mede-oprichter van het varkensvleesmerk Livar. „We moeten naar meer marktdifferentiatie. Daar hebben we de bulkmarkt voor nodig, maar ook concepten met iets meer toegevoegde waarde en topmerken als het Grand Cru voor varkensvlees.”

Houben zegt dat de publieke opinie er voor moet waken dat concepten automatisch meer inkomsten opleveren voor de varkenshouder. „We leveren zowel aan de bulkmarkt als aan het 1 ster Beter Leven-concept. De verdiensten voor beide zijn voor ons hetzelfde. Concepten hebben vaak ook hogere kosten, dat wordt snel vergeten. Daarom zijn concepten alleen niet de oplossing.”

Deze mening wordt niet gedeeld door de aanwezige vertegenwoordigers van Milieudefensie en Wakker Dier. Beide hebben de stellige overtuiging dat de Nederlandse varkenshouderij zonder bulkmarkt beter af is.