‘Grootste stoppersgolf moet nog komen’
Deze week maakte het CBS bekend dat er dit jaar in totaal 6 varkensbedrijven failliet zijn gegaan. Dat zijn nog minder bedrijven dan in 2012 en 2013, toen in totaal 17 varkensbedrijven gedwongen moesten stoppen. De afgelopen zes jaar gingen in totaal 27 varkensbedrijven failliet, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Zonder de exacte cijfers te kennen, zegt bedrijfsadviseur André Klemans van ABAB dat er waarschijnlijk veel meer varkensbedrijven noodgedwongen gestopt zijn. „Deze zes bedrijven zijn officieel failliet verklaard. Maar er zijn al veel meer varkensbedrijven noodgedwongen gestopt of verkocht, maar deze zijn niet officieel failliet verklaard en dus niet bekend bij het CBS als failliet bedrijf.”
Vroegtijdig einde
Cijfers durft Klemans niet te geven, maar hij zegt dat er meer bedrijven onderweg zijn naar een vroegtijdig einde dan er al daadwerkelijk omgevallen zijn. „Er zijn bedrijven die momenteel met veel kunst en vliegwerk in de been worden gehouden. De hoop van deze bedrijven is dat dadelijk als de markt zich herstelt er een ander sentiment in de markt ontstaat. Een sentiment waarbij varkensbedrijven weer meer gevraagd zijn waarbij mogelijk een bevredigendere opbrengstprijs gerealiseerd wordt.” Volgens de bedrijfsadviseur staan er momenteel nogal wat varkensbedrijven te koop, maar er worden weinig bedrijven verkocht. De bedrijven die worden verkocht, leveren de verkopende partij vaak aanmerkelijk minder op dan gehoopt.”
Klemans zegt dat het huidige prijsdal niet dieper is dan eerdere. De sector heeft vaker met zulke dalen te maken gehad, maar hij stelt dat veel varkenshouders deze crisis met een andere basis zijn begonnen. „De afgelopen jaren is er veel geld geïnvesteerd in maatregelen voor dierenwelzijn eisen, milieuwetgeving en mestafzetkosten. Veel varkenshouders zijn deze crisis daarom al met een negatieve rekening courant begonnen. En dat maakt de uitgangspositie anders dan bij voorgaande varkenscrisissen.”
Crisis overleven
Volgens de bedrijfsadviseur van ABAB moeten veel varkenshouders zichzelf de vraag stellen of er voor hen nog wel een toekomst is na deze crisis. „Varkenshouders moeten juist nu duidelijkheid hebben of er op langere termijn voldoende perspectief is, voordat ze nu met hangen en wurgen het prijsdal overleven en vervolgens alsnog tot de conclusie komen dat het beter was om eerder een andere beslissing te nemen. Ga nu de discussie aan en laat u goed informeren wat voor toekomstmogelijkheden er voor u en uw bedrijf zijn. Andere wegen inslaan is ook ondernemen.”
Er is geen vast bedrag te noemen wat de financiering per zeugenplaats maximaal kan zijn om toch een financieel gezond bedrijf te zijn. Veel hangt volgens Klemans af van de bedrijfsresultaten. „Het ene bedrijf heeft met 2.000 euro financiering per plaats geen moeite, terwijl het andere bedrijf zijn handen vol heeft met 1.000 euro financiering per zeugenplaats. Als je de afgelopen jaren technisch en financieel naar behoren hebt gepresteerd en je resultaten passend zijn bij de financiering, dan is er met een goede langetermijnvisie zeker toekomst.”
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Ingrid Zieverink