Balans opmaken met politici: Wees trots op onze boeren!

De trots die veel Duitse politici uitstralen als ze spreken over “Lieve boeren en boerinnen”, mis ik regelmatig in de Tweede Kamer. En als het huidige kabinet trots is op onze boeren, zeggen ze dat in het buitenland, maar eenmaal terug In Nederland laten ze de veelheid aan regels toenemen. Als je daarbij bedenkt dat voedsel de grootste topsector in Nederland is met 42 miljard euro toegevoegde waarde (ter vergelijk: energie 26 miljard, chemie 13 miljard en water 5 miljard) kun je alleen maar concluderen dat de land- en tuinbouw van levensbelang is. Boeren leveren onze dagelijkse boterham, beheren ons landschap en leveren een belangrijke bijdrage aan ons nationaal inkomen. Het CDA vindt dat de politiek bewuster en strategischer om moet gaan met de Nederlandse landbouw. Alleen zo kunnen we er voor zorgen dat er in de toekomst voldoende en betaalbaar voedsel is.

Een eerlijke boterham

Om er voor te zorgen dat de agrarische sector behouden blijft voor Nederland is het belangrijk dat boeren hier een eerlijke boterham verdienen. Daarom wil het CDA dat er in de voedselketen eerlijke afspraken (van boer tot consument) worden gemaakt over duurzaamheid, dierenwelzijn en de prijs die daar tegenover staat. De huidige marktstructuur kent namelijk te veel belemmeringen. De marktstructuur loopt van boer, via een verwerker/verpakker, naar een paar machtige inkooporganisaties van supermarkten, om uiteindelijk te eindigen bij miljoenen consumenten. Dit systeem resulteert erin dat inkomens van boeren ernstig onder druk staan en zij het hoofd amper boven water kunnen houden. Bovendien wordt hun innovatieve kracht afgestompt. Met onze initiatiefnota “Een eerlijke boterham” doen we voorstellen voor het versterken van de voedselketen.

Prioriteiten

Nu Nederland de komende zes maanden voorzitter is van de Raad van Ministers van de Europese Unie moet wat het CDA betreft de prioriteit liggen bij het bewerkstelligen van een goed inkomen voor onze familiebedrijven en daadwerkelijk regelen dat mineralenconcentraat als kunstmestvervanger mag gaan dienen. En zich inzetten voor een sterk Europees landbouwbeleid met een stevig budget. De landbouw raakt aan veel meer dan voedselproductie en werkgelegenheid. Het gaat om de zekerheid van voedsel. Boeren zijn niet afhankelijk van Europese steun, maar het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) helpt wel de klappen op te vangen van sterke prijsschommelingen door weersomstandigheden en de harde vrije markt. En ja, ruim 30 procent van de EU-begroting gaat naar het GLB. Dat lijkt veel, maar is minder dan 1 procent van de overheidsuitgaven van geheel Europa. Het GLB kost een EU-burger ongeveer 2 euro per week voor voedselzekerheid. En nog ligt het gemiddelde inkomen in de land- en tuinbouwsector 50 procent lager dan in andere sectoren. Terwijl boeren en tuinders zeven dagen in de week werken en ons voorzien in een levensbehoefte.

Overigens zijn mijn verwachtingen niet zo hoog gespannen over wat er uit het Nederlandse voorzitterschap gaat komen. Het kabinet is over landbouwthema’s hopeloos verdeeld en dat komt de boeren niet ten goede. In Nederland moet het kabinet, wat het CDA betreft, stoppen met het stapelen van nationale regels bovenop Europese afspraken.