Minister Grapperhaus: 'Activisten saboteren, slopen, vernielen en moeten achter tralies of land uit'
Activisten verjagen met een hogedrukspuit mag wel volgens hem. „Gooi de auto’s ook niet om, maar zet die op een platte kar en verplaats de auto’s, zodat ze die later elders kunnen ophalen. Dan heb je in ieder geval de kentekens en weet je wie ze zijn. Zo kunnen ze worden geregistreerd in ons systeem", legde hij uit.
„Met geweld krijgen we deze figuren niet tot stilte. Activisten en extremisten provoceren. Ik snap de emotie, maar we moeten deze figuren weg krijgen. Ofwel achter tralies, ofwel land uit, ofwel zoveel boetes dat ze alleen nog krantenwijk kunnen lopen. Maar neem niet het heft in eigen hand”, benadrukte Grapperhaus meerdere malen.
Meelopers
De minister stelt dat de meeste mensen, die zich bezig houden met zaken als stalbezettingen of andere extremistische acties ‘meelopers’ zijn. „Als je die 1 of 2 keer oppakt en ze een boete geeft, of een schadeclaim, of als je de auto van pa of ma verbeurt, leren die meelopers het wel af. In totaal 67 mensen hebben nu een boete van 300 euro en 2 weken voorwaardelijk gekregen. Dat lijkt niks, maar ze zijn nu wel internationaal gesignaleerd. Als ze ooit nog eens worden opgepakt, hebben ze wel degelijk iets te verliezen. Het merendeel is immers hoog opgeleid en heeft nog een toekomst voor zich. Die willen het mogelijk zover niet laten komen.”
Geen blad voor de mond
Grapperhaus nam tijdens de gehele ALV van de POV geen blad voor de mond over de dierenextremisten die op 13 mei de varkensstal van Jeroen en Joan van Sleuwen bezetten. „Die dierenextremisten intimideren werknemers, slopen de boel, besmetten de dieren. Die vragen niet netjes een vergunning aan om te demonstreren. Die doen aan eigenrichting.”
Grapperhaus vertelde onder de indruk te zijn hoe de boer in Boxtel opkwam voor zijn eigen werknemers. „Terwijl er 120 ongeremde figuren je komen lastig vallen, wil je eigenlijk redden wat er te redden valt. Je zit in een situatie die enorm uit de hand kan lopen. Dan moet je op dat moment kiezen op elkaar zetten, ook al zou je anders willen. Verstand erbij houden. Maar ook oppassen dat daders zich niet tot slachtoffer gaan maken. Heel lastig, voor de boer op dat moment”, aldus de minister die zelf ook een bezoek aan de gebroeders Van Sleuwen heeft gebracht.
„Ik snap dat het heel frustrerend is om niet meteen iets te kunnen doen, terwijl je ook vindt dat het de taak is van de politie om er wél meteen iets aan te doen”, aldus Grapperhaus.
Geen armoedzaaiers
De dierenextremisten waren niet bepaald armoedzaaiers, meent de minister. „Ze kwamen met dure auto's naar Boxtel. Dit zagen we ook bij andere groeperingen in Amsterdam. Ze komen uit alle windstreken en hebben volop geld en middelen om dit te doen."
Grapperhaus snapt de emoties onder boeren, die boos waren dat de activisten voor relatief lichte vergrijpen werden aangehouden, zoals het zich niet kunnen identificeren. „Reden dat we dit deden, is omdat we deze figuren dan in ieder geval in ons systeem hadden. Veel van die figuren hebben de neiging zich op achtergrond te houden. Nu weten we ook waar ze zijn, als ze door Europa reizen.”
Business-model
De minister noemt de manier waarop activisten te werk gaan ‘een business-model’: „Als iemand mij op straat bedreigt, omdat hij vindt dat ik te dicht bij hem in de buurt kom, is dat iets anders dan dat een boer wordt bedreigd, omdat iemand anders vindt dat hij met zijn boerenbedrijf moet stoppen. Dan wordt dierenactivisme een business-model”, aldus Grapperhaus. Hij wil daarom ook toe naar zwaardere straffen voor dierenextremisten. „Zij bedreigen immers iemand met heel andere motieven voor huisvredebreuk, dan gewoon een dronken zwerver die je huis binnenloopt."
Diep ingegrepen
Volgens de minister heeft Boxtel diep ingegrepen. Ook bij de overheid. „Wij hebben gezegd dat we nu alles weer op scherp moeten zetten, zodat we meteen kunnen optreden als zoiets ook maar dreigt te gebeuren. Daarom hebben we nu ook een handelingskader, zodat iedereen weet wat-ie moet doen.”
Intussen adviseert Grapperhaus boeren om camera’s op te hangen bij het bedrijf, bordjes ‘verboden toegang’ te plaatsen en hekken neer te zetten. „En als ze op je erf komen, maak opnames, noteer namen en kentekens. Zorg dat je weet wie het zijn. Als inlichtingendiensten iemand in de peiling hebben, dan hebben ze die persoon nog niet meteen te pakken, maar ze weten wel precies wat die lui doen en waar ze zijn. En ze worden feilloos gevolgd."
Klik op de tweet hieronder en lees het hele Twitterverslag van de toespraak van minister Grapperhaus: