Een gezond vleesvarken begint bij een vlotte zeug
Tijdens de dracht is de gezondheid van de zeug van grote invloed op de biggen. Niet alleen voedingsstoffen, maar ook virussen en bacteriën worden via de zeug aan de biggen doorgegeven. De (gezondheid) van de zeug speelt echter op meerdere momenten een belangrijke rol. Zo is de ontwikkeling van de uier tegen het eind van de dracht van grote invloed op de gezondheid van de biggen tijdens de lactatie. En als de zeugen naar de kraamstal worden verplaatst, zijn vermindering van stress en een zo klein mogelijke voerovergang een belangrijke factor in de vitaliteit van de biggen. Zij hebben beide een positief effect op de snelheid van het geboorteproces. Hoe korter het geboorteproces, des te lager het risico van een zuurstoftekort bij de big en des te vitaler de big.
Van dracht naar geboorte
Na de geboorte is biestopname het eerste punt van aandacht. Het is cruciaal dat biggen voldoende biest binnen krijgen, zowel vanwege het hoge energiegehalte in de biest, als vanwege de immunoglobulines (IgG) die voor de weerstand van de big zorgen. Uit onderzoek blijkt dat bloed van uitgevallen biggen 50% van de IgG bevat die overlevende biggen in het bloed hebben. Verder is er een sterk verband tussen het gewicht bij geboorte en de uitval voor spenen. Duidelijk is ook het effect van het geboortegewicht op het aantal dagen tot aan de slacht. De bigvitalitetischeck van ForFarmers, onderdeel van de onlangs geïntroduceerde NutriCare360 aanpak, is een goede manier om de geboortegewichten te bepalen en te benchmarken met andere bedrijven.
Voeropname voor spenen
Biggen met een laag geboortegewicht hebben extra aandacht nodig in de kraamstal. Wanneer de lichte biggen bij een tweedeworpszeug worden gelegd, hebben ze meer kans op een hoge groei in de kraamstal. Dit heeft een positieve invloed op het speengewicht. In de kraamstal is het belangrijk dat de biggen voor het spenen voldoende vast voer opnemen. Als de voeropname vóór spenen hoog genoeg is, is er minder risico op diarree na het spenen.
Overgang naar vleesvarkenshouder
Biggen die van een vermeerderaar naar de vleesvarkenshouder gaan, ondervinden veel stress. Transportstress leidt tot een tijdelijk lagere weerstand bij de biggen wat ze gevoeliger maakt voor ziekteverwekkers. Verder worden de tomen op de vrachtwagen gemengd, waardoor ziekteverwekkers zich makkelijker verspreiden. Om de voerovergang te beperken, is het raadzaam de varkens bij de vleesvarkenshouder met een biggenvoer op te vangen.
Conclusie: In het streven naar de beste vleesvarkensresultaten is het zaak alle voorafgaande fasen te optimaliseren.