Orgelbouwer werd varkensverzorger

Als jongeman kwam Verstappen per toeval terecht in de orgelbouw. Toen hij om bedrijfseconomische redenen na 35 jaar op straat kwam te staan, adviseerde een vriend hem om zijn heil te zoeken in de veehouderij. Via uitzendorganisatie AB Werkt vond Jos een vaste baan als dierverzorger in de varkenshouderij van de familie Jenniskens in Hunsel.

Bij de familie Jenniskens zorgt Jos Verstappen voor de zeugen en de pasgeboren biggen in de kraamstal. Hij voert er de kraamzeugen en houdt hun conditie nauwlettend in de gaten. Dieren die extra zorg nodig hebben, onderzoekt Verstappen en geeft ze de juiste behandeling. Veel van zijn tijd besteedt de dierverzorger aan de eerste uren en dagen na de geboorte.

Genieten

De voormalig orgelbouwer zegt het meest te genieten van de eerste vier dagen na de geboorte. „Het is een wonder van de natuur hoe een klein hulpeloos wezentje zich dan ontwikkelt tot een speels, sterk en glanzend biggetje.” Na de eerste fase begeleidt hij de dieren bij het wijzigen van het rantsoen en naar de overgang naar de gespeende biggenstal.

„Ik geniet van tevreden dieren en moet vaak om ze lachen. Toen ik een carrièreswitch maakte, heb ik een paar voorwaarden gesteld: Ik wil met plezier werken. Géén chagrijnige mensen en elk jaar vrij op mijn verjaardag”, zegt Verstappen. Het werk bevalt hem goed. „Ik werk zelfstandig, ervaar veel vrijheid en heb veel eigen verantwoordelijkheid. De dieren bepalen mijn dag. Daardoor is elke dag anders. Ik zorg elke dag dat het werk af is en dat ik alle dieren tevreden en goed verzorgd achter laat. Dan is mijn werk goed gedaan. Soms vragen mensen me of het niet stinkt. Maar dat valt reuze mee. Ik kom elke dag schoon aan op mijn werk en ga fris gedoucht weer naar huis.”

Mensenwerk

Verstappen leerde zijn nieuwe beroep als dierverzorger in de varkenshouderij op de boerderij. Daarnaast volgde hij cursussen en trainingen die werden vergoed door zijn werkgever of het uitzendbureau. „Als je passie hebt voor dieren, dan kun je in de varkenshouderij je ei kwijt. Het is een baan met toekomst. De zorg voor dieren blijft mensenwerk. En je kunt er met en zonder opleiding aan de slag. Ook als je vijftig plus bent. Kijk maar naar mij.”