'Varkens houden mét staarten is moeilijker dan maatschappij denkt'
Hogenkamp is een van de nog 6 overgebleven varkenshouders in dit specifieke project. „Wij hebben het nu goed onder controle, onder meer omdat wij allemaal ons eigen voer mengen. Voer heeft echt veel invloed op het gedrag van varkens. De anderen kregen de staartbijterij gewoon niet onder controle en zijn ermee gestopt.”
'Maatschappij denkt te makkelijk'
De maatschappij en ook dierenwelzijnsorganisaties denken er dan ook te gemakkelijk over, meent Hogenkamp. „Zij maken steeds het vergelijk met de biologische sector, die ook niet coupeert. ‘Daar kan het ook', zeggen ze dan. Maar zij ‘vergeten’ erbij te vermelden dat in de biologische sector de varkens wél gecastreerd worden. En dat doen wij met zijn zessen ook niet. Een gecastreerd varken met staart, is wel even makkelijker te handelen dat een niet-gecastreerd varken met staart. Binnen Europa zijn wij denk ik de enigen die niet couperen én niet castreren.”
Markt
In Nederland is er, ondanks alle maatschappelijke wensen van burgers, nog geen markt voor, maar Hogenkamp en de vijf andere varkenshouders doen er goede zaken mee voor de Zweedse markt. „Je kunt er een tientje extra voor krijgen. Bij veel concepten krijg je de onkosten alleen vergoed. Dan houdt het op. Financieel schiet je er dan niks mee op.”
De varkens met staarten van de zes varkenshouders, worden geslacht bij Tönnies, net over de grens bij Emmen in Duitsland. „Onze afnemer, Norvida, betaalt ons voor elke 15 kilo varkensvlees 60 cent extra per kilo. Verder gaat er nog wat naar Tesco en Marks & Spencer in Groot-Brittannië. Daarmee komen we op 10 euro extra.
De meerprijs is wel iets gedaald”, bekent Hogenkamp. „Maar het quotum is gestegen omdat de marktvraag is gegroeid. We maken er nu 100.000 per jaar, evenveel als de gehele biologische productie.”
Lees het hele interview met Hogenkamp deze maand in het vakblad Pig Business, dat op 3 april is verschenen. Ontvangt u het blad nog niet? Vraag dan hier een proefnummer aan.