Steeds minder varkensslachthuizen
De locaties waar (kleine aantallen) varkens kunnen worden geslacht neemt sterk af. Limburg, de provincie waar volgens het CBS ruim 800.000 slachtvarkens vertoeven, beschikt over helemaal geen varkensslachthuis meer. De laatste slachtlocatie, Slachthuis Kerkrade BV, werd in november 2019 door de rechtbank Maastricht failliet verklaard. De sluiting van deze (kleinere) slachthuizen zadelt vooral individuele varkenshouders, die zelf voor de afzet zorgen of voor een bepaald concept varkens houden, met een probleem op. Zo werden de varkens van het Krul-concept eerst in Kerkrade geslacht. Ook maakten enkele Limburgse varkenshouders gebruik van de Kerkraadse slachtfaciliteiten zoals Coenraad Reinders uit Maastricht en Joshua van Wersch uit Mechelen. Zij vermarkten beiden het vlees van hun varkens zelf. Door de sluiting van het Kerkraadse slachthuis moeten zij nu aanzienlijk verder reizen met hun varkens. Van Wersch: „. Voorheen was ik binnen een kwartier bij het op slechts 10 kilometer afstand gelegen slachthuis, nu ben ik tussen één en anderhalf uur met mijn varkens onderweg om de ruim 90 kilometer te overbruggen. Daarnaast moeten de karkassen ook weer in een koelwagen terug. De logistieke kosten vallen daardoor nu een stuk hoger uit.”
Kleine aantallen
Het laten slachten van kleinere aantallen varkens en deze weer als karkas terugontvangen is bij de grote slachterijen schier onmogelijk. Vion stelt desgevraagd dat zij deze mogelijkheid niet biedt. „Vanuit het oogpunt van de slachterij en vanuit het optimaal kunnen verwaarden van het totale varken is een minimaal aanvoer nodig van meer dan 5.000 varkens op weekbasis”, aldus de woordvoerder. Westfort slachterij in IJsselstein loopt tegen gelijksoortige problemen aan stelt directielid Jaap de Wit desgevraagd. De Wit: „Het aanvoeren van kleine aantallen varkens voor specifieke ketenconcepten is bij ons heel moeilijk inpasbaar. Het volume moet passen bij de slachterij.”
Mobiele slachterij
Een optie om varkens op kleinschalige wijze te slachten vormt de mobiele slachterij. De afzet van het vlees vindt plaats bij ambachtelijke slagers en boerderijwinkels. Dit bespaart de dieren en de varkenshouder een (stressvolle) reis naar het slachthuis. Probleem is dat zo’n mobiele slachterij nog niet bestaat in Nederland, deze is wel in ontwikkeling. Ruud van Pothoven van Innohow legt uit dat het project voor een mobiel slachthuis zich nog steeds in de de voorbereidingsfase bevindt. De voorbereiding heeft vooral betrekking op het rondkrijgen van het financiële plaatje. „We proberen voldoende geld bijelkaar te harken en dat loop nog niet zo soepel. De ontwikkeling en bouwkosten bedragen circa 200.000 euro. De begroting voor de eerste twee jaar beloopt circa 3,5 ton. Een financieringsbronnen is crowdfunding. Via die weg willen de initiatiefnemers 55.000 euro ophalen. Inmiddels hebben zich al zo’n dertig varkenshouders gemeld die in ieder geval mee willen doen. De kosten zullen naar verwachting voor de varkenshouder zo’n 75 euro per varken bedragen.
In het april nummer van Pigbusiness een reportage over het dalend aantal varkensslachthuizen.
Tekst: Guus Queisen
Opgegroeid op een gemengd agrarisch bedrijf op een typisch Zuid-Limburgse carréboerderij. Na een financieel/economische opleiding en diverse functies sinds 1985 in deeltijd en sinds 1996 fulltime op freelance basis actief in de landbouwjournalistiek. Volg kritisch alle ontwikkelingen die (in-)direct aan de agrarische sector gerelateerd zijn. Bij Agrio werkzaam voor zowel de papieren als de digitale uitgaven van: Stal en Akker, Pigbusiness, Melkvee en Akkerwijzer.
Beeld: Ellen Meinen Agrio Archief
Bron: Eigen nieuwsgaring