‘Regulier Nederlands varkensvlees is niet onderscheidend’
Dat zei Peter Poortinga van kippenslachterij en -verwerker Plukon tijdens de jaarbijeenkomst van Topigs Norsvin afgelopen maandag in Arnhem. De algemeen directeur stelt dat concepten nodig zijn, wil je als varkenshouderij extra geld uit de markt halen. „Je kunt alleen extra geld verdienen als je een keten hebt.” Poortinga heeft met de kippenslachterij 18 verschillende concepten waarmee ze de markt beleveren.
Poortinga merkt op dat het buitenland niet extra wil betalen voor regulier Nederlands vlees. Hij verwacht juist dat het steeds moeilijker wordt om als Nederlands product in het buitenlandse winkelschap te komen. „De Nederlandse retail wil een binnenlands varken. Hetzelfde zien we in België, Frankrijk en Duitsland. Daar moeten we rekening mee houden.”
Concepten de toekomst
Poortinga krijgt bijval van Erik van Loon. De eigenaar van Van Loon Vlees denkt dat concepten de toekomst voor de Nederlandse varkenshouder zijn. „Je raakt anders steeds verder achter op de buitenlandse markt. Nederlandse varkenshouders leveren elk jaar op hun kostprijs in.”
Van Loon levert met zijn keten 350.000 varkens op jaarbasis. De Brabander zegt dat alle varkens aan de eisen van het ‘Varken van Morgen’ voldoen. Hij richt zich op de binnenlandse markt. Volgens hem is een eigen slachterij een volgende noodzakelijke stap voor zijn bedrijf.
Geketend aan concepten
Dat je als varkenshouder geketend zit aan een concept vindt Peter Poortinga te ver gaan. „Iedereen is vrij om te kiezen waar je voor gaat. Je kiest voor een bepaalde markt en dan heb je altijd de vrijheid om te onderhandelen. Als je wil, kun je ook weer uit de keten stappen.”
Volgens Poortinga moeten varkenshouders niet de illusie hebben dat ze aan het roer van de keten komen staan. „Door nauwere ketensamenwerking bereik je samen meer, maar de varkenshouder aan het roer van de keten zie ik niet gebeuren.” Van Loon zegt dat elke schakel bij zijn core business moet blijven. „Wij zijn goed in vleesverwerking en de varkenshouder is goed in varkens houden. Daar kunnen we elkaar in versterken.”
Beide vleesmannen zeggen dat het belangrijkste bij een keten is dat deze markt gestuurd is. Maar volgens Van Loon is het een fabel dat de consument bepaalt wat voor een product ze willen. „Een nieuw product moet door de retail gedragen worden en daarmee kun je de consument bereiken. Wij hebben vaak gedacht wij de consumenten konden verleiden, maar we weten inmiddels beter.”
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Tom Schotman