Belgische vleesfederatie: 'Minder kans op coronabesmettingen'
De problematiek begon in de VS; veel werknemers bleven waarschijnlijk doorwerken omdat bij ziekte hun salaris wordt gekort of zelfs vervalt. Inmiddels grijpt de problematiek ook in Duitsland om zich heen, bij onder meer Westfleisch en Müller Fleisch. Westfleisch is ecther weer begonnen met slachten. Hier wordt gewezen op de slechte huisvesting van Oost-Europese arbeidsmigranten in barakken en leegstaande kazernes. Daar wordt nu middels nieuwe wetgeving de rol van koppelbazen en uitzendbureaus aan banden gelegd, en worden de slachthuizen-zélf verantwoordelijk gesteld, ook voor de tijdelijke huisvesting.
België geen groepshuisvesting personeel
Volgens de Belgische vleesindustrie is de situatie met Duitsland absoluut niet vergelijkbaar, en komt met een geruststellende verklaring. „Onze slachterijen zijn minder groot dan sommige Duitse slachterijen. Groepshuisvesting van vele honderden mensen kennen we niet. Bovendien hebben we sinds 2012 een sterk protocol om sociale fraude te bestrijden, ook bij onderaannemers, om gesjoemel met lage lonen, slechte huisvesting etc. tegen te gaan”, aldus Febev-bestuurder Gore in een vraaggesprek met Landbouwleven.
Belgische bedrijven doen er volgens hem alles aan om te zorgen dat personeel op voldoende afstand werkt en mondkapjes draagt. Nog voor de ‘lockdown’ is vanuit Febev een beheersplan opgesteld die ook voorziet ook in bescherming van inspecteurs en de zelfstandige dierenartsen die er werken. De slachthuizen kunnen het toezicht niet wegsturen.
Drie arbeidsmigranten per busje
Al vroeg in de coronacrisis heeft België besloten dat het collectieve vervoer van inhuurpersoneel anders moest: In een busje voor negen mogen, maar drie arbeidsmigranten plaatsnemen. Onderaannemers vonden dat veel te duur, maar uiteindelijk hebben de slachthuizen besloten een deel zelf te betalen. Van overvolle busjes of massale huisvesting is in België geen sprake. Toch kan Febev niet uitsluiten dat mensen die in een slachterij werken besmet raken. De Febev-bestuur hoop dat in het onverhoopte geval van een corona-crisis in de Belgische vleesindustrie er geen antivleescampagnes komen, zoals in het buitenland al wel is gebeurd.
Tekst: Iede de Vries
Iede de Vries (bouwjaar: 1950) is een Noord-Hollandse polderjongen: een kwart-Urker (grootouders), een kwart-Zaankanter (ouders), een kwart-overkantse Texelaar (gezin) en een kwart- Gooise kakker (pensionado), en een volbloed journalist, redacteur en correspondent.
Beeld: Agrio archief
Bron: Landbouwleven.be