NVV in verweer tegen natuurwetenschappers
De NVV-voorzitster zegt in het opiniestuk dat in het artikel in Trouw volledig wordt voorbij gegaan aan het grote belang van de intensieve landbouw voor de wereldwijde voedselproductie. „Terwijl de Sumatraanse otter misschien wordt gered, sterft er elke 6 seconden een kind van de honger.”
Vier wetenschappers
Vier biologen en milieukundigen schrijven deze maand in het wetenschappelijke tijdschrift Natur dat niet langer klimaatopwarming, maar de intensieve landbouw de grootste 'boosdoener' is voor de verminderde biodiversiteit op aarde. Onder meer de Afrikaanse cheeta, de Sumatraanse otter en de Chileense huemul (een hertachtige) hebben hier ernstig onder te lijden. „Voor bijna twee derde van de soorten op de Rode Lijst vormt landbouw een bedreiging”, schrijven de vier wetenschappers uit Australië, de VS en Zwitserland.
Jansen zegt dat wij in onze welvarende Westerse wereld het ons kunnen permitteren om ons bezig te houden met natuurvraagstukken. „Wij dreigen echter te vergeten dat de wereldbevolking blijft doorgroeien (9 miljard mensen in 2050) en dat deze mensen moeten eten. Intensieve landbouw biedt daar de oplossing voor.”
Niet gepubliceerd
Jansen vervolgt. „Natuurlijk kan Nederland niet de hele wereld voeden. Dat hoeft ook niet. Naast voedselproductie kunnen kennis en technologieën uit Nederland, worden gebruikt om te investeren in (intensieve) voedselproductie elders. Er is niks mis met kritisch te zijn op landbouw, in Nederland dreigen we echter door te slaan. In ons land heeft elke planten- en diersoort bij wijze van spreken een eigen actiegroep. En terwijl wij druk bezig zijn de bloemen en de bijen te redden, sterven elke dag 15.000 kinderen aan de honger. Misschien wordt het tijd om daar energie in te steken.”
Het opiniestuk van Ingrid Jansen is vorige week door de NVV aangeboden aan dagblad Trouw als reactie op het artikel ‘Intensieve landbouw urgenter probleem dan opwarming aarde’. Het dagblad heeft er voor gekozen dit artikel niet te plaatsen.
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Gerard Burgers