Slachthuis Tönnies in Rheda-Wiedenbrück draait nog niet op volle sterkte
De locatie, die vooral belangrijk is voor de Duitse varkenshouderij, werd medio juni gesloten nadat ongeveer 1.500 arbeiders positief waren getest op Covid-19 (corona). Die uitbraak had er op zijn beurt ook toe geleid dat ongeveer 600.000 mensen in de omliggende regio weer in quarantaine moesten, maar dat is inmiddels opgeheven.
De fabriek Rheda-Wiedenbrück in Noordrijn-Westfalen slacht normaal gesproken ongeveer 14 procent van de Duitse varkens. „Het bedrijf slacht momenteel nog steeds met verminderde capaciteit", liet Tönnies dinsdag weten.
De sluiting en nu verminderde capaciteit hadden ook gevolgen voor Nederlandse varkenshouders. Per week worden zo’n 30.000 Nederlandse varkens in Duitsland geslacht. Dat is ongeveer tien procent van de wekelijkse Nederlandse varkens. Het overgrote deel gaat naar Tönnies. Voor de meeste varkens werd plek gevonden bij een andere Duitse slachterij, en een kleiner deel bleef in Nederland.
Tönnies wil prijsstelling aanpassen
Maar nog steeds is er bij Tönnies niet voor alle varkens plaats. Al een paar weken lang blijven de varkens langer op de bedrijven. Daardoor neemt het slachtgewicht toe. Veel slachterijen slachten momenteel minder dan gewoonlijk, zo rond de 80 procent. Aangezien er nu een groter aantal varkens wordt geslacht maar het aantal nog steeds groter wordt, zei Tönnies dat het bedrijf zijn prijsstelling zou aanpassen om zwaardere dieren ook te kunnen slachten.