‘SER-advies veehouderij moet niet doodbloeden’
In het rapport, dat dinsdag door SER-kroonlid Ed Nijpels is aangeboden aan staatssecretaris Martijn van Dam van Economische Zaken, staat onder meer dat het onontkoombaar is om versneld op een andere manier te gaan werken in de landbouw.
Blij met analyse
Directeur Peter Verdaasdonk (foto) van de Dierenbescherming is blij met de analyse van de commissie dat het roer om moet en dat de SER de grote problemen in de veehouderij erkent. De intentie is om alleen de duurzamer producerende boeren - naar verwachting zal dat een derde van het huidig aantal boeren zijn – nog in staat te stellen leningen van banken te krijgen.
Ook moeten deze 'koplopers' op het gebied van duurzaamheid voorrang krijgen bij de verdeling van de rechten op het gebied van hoeveelheden te produceren mest en aantallen te houden dieren. Volgens de commissie moet de rest van de boeren in staat worden gesteld te stoppen. „De productierechten van deze boeren moeten dan wel van de markt worden gehaald, want anders zouden deze beschikbaar komen voor bedrijven die ze weer kunnen gebruiken voor verdere schaalvergroting en nog meer grote stallen", stelt Verdaasdonk.
Karrenvracht aan rapporten
Om het rapport in de praktijk in uitvoering te brengen, moet er volgens Verdaasdonk nog wel het nodige gebeuren bij de vertaalslag naar de praktijk van het nieuwe advies. Zo ontbreekt het volgens hem aan concrete invulling, planning en financiering van de voorstellen van de commissie Nijpels.
Ook Nijpels erkent dit probleem, want "er is een karrenvracht aan rapporten en onderzoeken gedaan, maar een echte omslag is tot nu toe te weinig voortvarend van de grond gekomen", aldus het SER-kroonlid. „Als de politiek geen keuze maakt, kun je de verduurzaming op je buik schrijven."
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: YouTube