Behoefte aan insectenkweek voor eiwit in diervoeding
Als slechts één procent van de eiwitbehoefte voor biggen, jonge kippen en vissen wordt ingevuld met insecteneiwitten levert dit een markt op met een waarde van 200 tot 300 miljoen euro, en op termijn enkele honderden arbeidsplaatsen. Nederland biedt hierbij een goed perspectief vanwege het hoge opleidingsniveau en de goede infrastructuur. Dat concluderen ABN Amro en de BOM (Brabantse Ontwikkelings Maatschappij) in het rapport 'Insectenkweek: kleine sector, grote kansen', dat vorige week is gepubliceerd.
Kleinschalige markt
In Europa ontwikkelt zich een interessante markt voor insectenkwekers, vooral voor diervoeding. Insecteneiwitten vormen een goed alternatief voor eiwitbronnen als soja en vismeel. Insectenkwekers die hiervan willen profiteren, moeten hun productievolume laten groeien. ABN AMRO denkt dat er vooral kansen liggen door te laten zien dat insecten toegevoegde waarde kunnen hebben voor de prestaties en gezondheid van vis, kip of varken.
De Nederlandse insectenkwekerij is nu nog kleinschalig en er zijn ongeveer 25 bedrijven actief. De schatting is dat in Nederland 500 ton insecten worden geproduceerd met een totale omzet tussen 3 en 7 miljoen euro.
In Europa worden nu relatief kleine volumes insecteneiwit tegen een relatief hoge prijs geproduceerd. Een rekenvoorbeeld leert dat de potentiële vraag 800 ton insecteneiwit per jaar bedraagt als één procent van het totale volume in hoogwaardig Nederlands speenvarken voer wordt vervangen door insecteneiwit.
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Agrio archief