GD lanceert Elisa-test voor PED
Vanaf 1 januari kunnen varkensbedrijven bloed en serum insturen naar GD voor onderzoek op aanwezigheid van antilichamen tegen dit virus. Deze nieuwe PED-test is in de tweede helft van 2014 door virologen van de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht ontwikkeld voor een gezamenlijk project met GD. Aanleiding voor dit project waren de eerste PED-uitbraken in Europa, op een klein aantal Duitse varkensbedrijven. De nieuwe Elisa-test is zeer gevoelig en specifiek voor het PED-virus gebleken.
Antilichamen tegen PED-virus
Antilichamen tegen het PED-virus zijn ongeveer twee weken na de infectie aantoonbaar. De hoeveelheid antilichamen stijgt tot een maximum op drie tot vier weken na infectie. De antilichamen circuleren minimaal vier tot vijf maanden na een infectie, maar deze periode kan veel langer zijn wanneer door herinfectie het zogeheten ‘boostereffect’ optreedt. Voor het testen van biggen moet rekening gehouden worden met circulerende maternale antilichamen, die waarneembaar zijn tot ongeveer vier tot vijf weken leeftijd.
Het belangrijkste verschijnsel van PED in de acute fase is overvloedige diarree. Alle leeftijdscategorieën van big tot zeug kunnen worden aangetast. Mede door uitdroging kan de sterfte (30 tot 100 procent) bij zuigende biggen tot een leeftijd van 14 dagen oplopen. Maar PED kan ook braken en diarree veroorzaken bij zeugen en vleesvarkens, met als gevolg groeivertraging of vruchtbaarheidsproblemen. Het PED-virus wordt gemakkelijk verspreid via varkens, mest, varkenstransportmiddelen, mensen en ongedierte. Het virus vormt geen gevaar voor de mens of andere diersoorten.
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Agrio archief