Rabobank benadrukt belang minister van voedsel
De nieuwe minister van voedsel en landschap moet het belang van de agrarische sector in Nederland, maar ook wereldwijd gaat benadrukken. „Waar je ook komt in de wereld, overal waar grootschalige landbouw wordt bedreven, zijn de Nederlanders erbij betrokken. Dan kan het toch niet zo zijn dat er geen ministerie is in eigen land. De sector is goed voor een exportwaarde van 80 miljard euro. De Wageningen Universiteit is een van de beste, zo niet de beste van de wereld en het oude OVO-drieluik van overheid, voorlichting en ondernemerschap is nog steeds van toepassing", zegt Nagel die lid is van de Raad van Bestuur en de lokale agrarische afdelingen in Nederland leidt.
Meer Rabo-regie
De nadrukkelijke wens van de Rabobank, uitgesproken tijdens een bijeenkomst van de landbouwjournalistenvereniging NVLJ, sluit aan bij de nieuwe rol die de bank voor zichzelf ziet in de agrarische sector. „We zitten in de auto en we zitten niet aan het stuur, maar we praten wel mee en zeggen, nu links of nu rechts. Stap voor stap willen we actiever worden. De sectorvertegenwoordigers staan nog steeds aan het roer, maar de Rabobank moet gezien haar marktaandeel in de sector meer regie nemen. Leiderschap in de agrarische sector is belangrijk. Als je met elkaar gaat klieren, versterkt dat een krachtig optreden en de toegevoegde waarde van de sector als geheel niet."
Trots op je erf
Nagel: „Voedsel is heel belangrijk in onze samenleving. Iedereen heeft er een mening over. Daar willen we op meeliften. Via onze locale banken pakken we dit thema beet. Het is heel gemakkelijk om MKB-ondernemers op de been te krijgen voor dit onderwerp. Daar profiteert de agrarische sector nog te weinig van. We willen een visie zien bij onze agrarische klanten over voedselproductie en interactie met de consument. Doe meer dan de wettelijke minimumeisen, wees trots op je eigen erf, dat netjes schoon is als een toerist er langsfietst. Deze visie op voedselproductie krijgt in de inschatting van het kredietrisico een steeds voornamere rol. Ook mestfraude wegen we mee in de kredietverlening. Veehouders moeten elkaar hier ook op aanspreken."