“Ingewikkelde wetgeving werkt mestfraude in de hand”
De Kamer heeft dit rondetafelgesprek belegd na de evaluatie meststoffenwet van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), dat stelde dat mogelijk met tot 40 procent van de mest fraude wordt gepleegd, en een week voor het debat met staatssecretaris Van Dam over het Zesde Actieprogramma Nitraatrichtlijn. Met het gesprek hopen de Kamerleden meer informatie over het onderwerp te krijgen van wetenschappers, handhavers en belangenorganisaties. Dezen hebben alvast stukken ingediend met hun opinie – zogenaamde position papers.
Onbewuste fraude
Jan Roefs van LTO zal de Kamerleden erop wijzen dat er verschillende soorten fraude zijn. Het creëren van een fictieve mestafvoer door met de papieren te knoeien wijst Roefs van de hand. “Dat is fraude”, stelt hij.
Maar de melkveehouder die de mestboekhouding moet afsluiten voordat hij de gehaltes van de mest op zijn bedrijf doorkrijgt, en de akkerbouwer die klem zit met bemestingsnormen die 20 procent lager liggen dan het landbouwkundige optimum, plegen die ook fraude? LTO vindt van niet.
Tanja de Koeijer en Haary Luesink van Wageningen Economic Research (het vroegere LEI) wijzen erop dat de complexiteit van de mestwetgeving ook leidt tot onbewuste fraude – boeren die niet weten dat ze frauderen. Ze laten zien dat bij de intensieve sectoren (met weinig land en veel dieren) een kleine onnauwkeurigheid in de bemonstering van de mest kan leiden tot forse overschrijdingen van de gebruiksnormen, op papier. Ook Anita Janssen van de ProducentenOrganisatie Varkenshouderij stelt dat het systeem van wegen en bemonsteren niet voldoet aan de wettelijke nauwkeurigheidsvereisten. Boeren kunnen zo fraudeurs worden door een onjuiste bemonstering.
Bewuste fraude
Aan de andere kant zijn er ook bewuste fraudeurs. Een complexe wetgeving, een hoge druk op de mestmarkt en een geringe pakkans werken fraude in de hand. “Ondernemers die op enig moment de mestput vol hebben en de portemonnee leeg, staan voor een levensgroot dilemma”, stelt Frits van der Schans van adviesbureau CLM. “Moeten ze toegeven aan fraude of het bedrijf liquideren?”
Maar bewuste fraude of niet, overbemesting is een probleem, toont Vewin, de vereniging van waterbedrijven in Nederland, aan. In 86 grondwaterwinningen zijn normoverschrijdingen van nitraat, sulfaat en nikkel geconstateerd. In 40 grondwaterbeschermingsgebieden is de nitraatconcentratie in het ondiepe grondwater over tien jaar naar verwachting hoger dan 40 mg/l.
Oplossingen te over
Vrijwel alle sprekers dienen ook oplossingen voor het probleem aan. De milieu-organisaties pleiten voor een vermindering van de veestapel en de boerenorganisaties voor een beter systeem van mestverwerking en –verwaarding. Een alternatief geluid komt van CLM en van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant. “Benader het mestoverschot als afval”, stellen zij. Dat betekent dat iedere veehouderij een mestheffing krijgt opgelegd, net zoals huishoudens een afvalheffing betalen. De mest wordt daarna gratis opgehaald. “Omdat veehouders vooraf hun verantwoordelijkheid voor mestafvoer moeten nemen, is er achteraf geen aanleiding om te frauderen”, stelt Van der Schans.
De hoorzitting is gepland van 13:30 tot 16:30 en is te volgen via www.tweedekamer.nl