Streep door interimwet veedichte gebieden
Met de Interimwet veedichte gebieden konden provincies een maximum stellen aan het aantal dieren in een gebied. In de Kamerbrief licht Rutte toe dat hij de interimwet niet verder in procedure brengt omdat deze niet overeenstemming is met het regeerakkoord. Daarin staat letterlijk: ‘Het laatste decennium zijn we in Nederland geconfronteerd met de gezondheids- en leefomgevingsrisico’s in gebieden met een zeer hoge veedichtheid. Die kunnen en willen we niet negeren. Het kabinet zal met de sector en de betreffende provincies bezien hoe we deze problematiek kunnen aanpakken. In samenspraak met de provincies (met name Noord Brabant) wordt bezien hoe een warme sanering van de varkenshouderij in belaste gebieden kan worden vormgeven. Het rijk reserveert hiervoor financiële middelen.’
Onzinnig en overbodig
Met de maatregel van het nieuwe kabinet komt deze tegemoet aan de kritiek van onder andere Willem Bruil, bijzonder hoogleraar Agrarisch Recht. Bruil noemde de wet afgelopen zomer in een interview met PigBusiness ‘onzinnig en overbodig’. Volgens hem was het voorstel er alleen gekomen omdat de Provincie Noord-Brabant naar aanleiding van het VGO-rapport en de daaropvolgende gezondheidsdiscussie, op provinciaal niveau instrumenten wil hebben om te kunnen sturen op dieraantallen. „Wil de provincie nu het aantal dieren aan banden leggen, met als doel de volksgezondheid te beschermen, dan veegt de rechter dit meteen van tafel omdat dit onvoldoende onderbouwd is”, aldus de hoogleraar in het interview.
Ruimtelijke ordening
Bruils voornaamste bezwaar tegen het wetsvoorstel was dat er volgens hem al legio instrumenten zijn om de omvang van en de impact van de intensieve veehouderij te sturen. „Je kunt hier als provincie invloed op uitoefenen vanuit geurhinder, ammoniakuitstoot en Natura 2000. Maar ook via bestemmingsplannen en ruimtelijke ordening zijn er behoorlijk wat mogelijkheden. Als een provincie minder veehouderijen wil, kan zij deze gewoon wegstrepen uit de gemeentelijke bestemmingsplannen. Of je stelt als provincie een inpassingsplan op; een provinciaal bestemmingsplan waarmee de bestemming van een bepaald gebied juridisch kan worden vastgelegd. Het vaststellen van een Provinciale Ruimtelijke Verordening is een andere optie.”