Monitoring cruciaal voor bepalen van PRRS-status
Serologie geeft ons een idee van hoe PRRSV op een bedrijf circuleert. Bij de interpretatie is het zeer belangrijk om te weten welke serologische techniek is gebruikt en van welke fabrikant, omdat iedere test andere eigenschappen heeft. Er is op dit moment nog geen techniek die het mogelijk maakt om een onderscheid te maken tussen gevaccineerde en/of geïnfecteerde dieren. Het nemen van bloedmonsters van dieren op verschillende leeftijden (gelten, zeugen en biggen ) maakt het mogelijk een serumprofiel van het bedrijf te maken. Dit serumprofiel geeft informatie over de immunologische en klinische status van het bedrijf. Analyse van de uitslag helpt om de leeftijd waarop de infectie optreedt te bepalen, om een inschatting te maken van de infectiedruk en van het percentage gevoelige dieren op het bedrijf. Deze informatie is verder te gebruiken om de epidemiologische status van het bedrijf te bepalen en de juiste maatregelen te nemen om PRRSV onder controle te krijgen of te houden.
Bevestiging uitbraak
Met een PCR kunnen we de aanwezigheid van PRRSV aantonen in verschillende materialen (bv bloed, speeksel of orgaanweefsel). Op een zeugenbedrijf wordt het vaak gebruikt om een klinische of subklinische uitbraak van PRRSV te bevestigen. In gelten kan een PCR gebruikt worden om de status van de dieren te bepalen bij aankomst op het bedrijf of aan het einde van de adaptatieperiode. Bij vleesvarkens kan het helpen om de epidemiologische status te bepalen. Ook de resultaten van een PCR zullen helpen bij het nemen van de juiste maatregelen.
Verschillende stammen
Ook het bepalen van de RNA volgorde van PRRSV door sequenering is zeer bruikbaar voor de epidemiologie. Middels deze techniek wordt het mogelijk om een zogenaamde fylogenetische boom te maken, waarbij de variatie tussen verschillende stammen zichtbaar wordt. Bovendien geeft het inzicht in het aantal verschillende stammen dat aanwezig is op een bedrijf. In het geval van een uitbraak van PRRS is het door sequenering van het virus mogelijk om te bepalen of de virusstam die verantwoordelijk is voor deze uitbraak de bedrijfseigen, homologe stam is of juist een nieuwe, heterologe stam die op het bedrijf binnen is gekomen. Dit onderscheid is van groot belang omdat de te nemen maatregelen verschillen in beide situaties. Het is belangrijk op te merken dat de mate van overeenkomst tussen verschillende PRRS stammen GEEN goede parameter is om de mate van kruisbescherming te voorspellen van een bepaalde vaccinstam tegen de gevonden veldstam.
Monsters verzamelen
Om de bovengenoemde analyses uit te voeren is het nodig om te weten wat de meest geschikte materialen zijn om te verzamelen. Ook moet vooraf duidelijk zijn welke informatie verkregen kan worden met de test. Bloedmonsters geven ons resultaten die zeer bruikbaar zijn op individueel niveau, bijvoorbeeld om inzicht te krijgen in de acclimatisatie van gelten. Het is ook mogelijk om informatie te krijgen over het hele bedrijf door het nemen van voldoende monsters per diergroep. Het PRRSV kan in veel verschillende weefsels worden gevonden zoals longen, de foetus, tonsillen, lymfeknopen en de navelstreng. Het is wel van belang om te weten dat niet in alle stadia van infectie deze weefsels even geschikt zijn. Speeksel wordt meer en meer gebruikt voor zowel serologie als voor PCR. Het speeksel kan verzameld worden door katoenen touwen op te hangen waarop de varkens gaan kauwen. Deze manier van monstername is snel, goedkoop en levert minder stress op bij de dieren dan bijvoorbeeld bloedafname. De verkregen informatie is voor een hele diergroep en geeft betere informatie als een ziekte maar bij een klein percentage dieren voorkomt.
Epidemiologische status
Als de monitoring is uitgevoerd, kunnen varkensbedrijven worden ingedeeld naar verschillende epidemiologische status. Deze indeling kan helpen bij het bepalen welke maatregelen aangepast moeten worden en welk vaccinatieschema aan te bevelen is.
Door de aanwezigheid van het PRRS-virus en de serologische en klinische status van een bedrijf te kennen kan de PRRS status van het bedrijf bepaald worden. Bedrijven met een klinische of subklinische uitbraak zullen viruscirculatie hebben en hoge antistoffenniveaus. Deze bedrijven vallen in de categorie “onstabiel, PRRS positief”. Bedrijven waar de uitbraak onder controle is maar antistoftiters in de zeugen nog steeds hoog zijn als gevolg van het circulerende virus worden ingedeeld als “stabiel, PRRS positief”. Als de PRRSV circulatie op het gehele bedrijf tot staan is gebracht, worden deze ingedeeld als “stabiel, voorlopig negatief” als er nog seropositieve zeugen aanwezig zijn, of als “stabiel, PRRS negatief” als er geen seropositieve dieren meer aanwezig zijn op het bedrijf.
Samenvattend maakt monitoring het dus mogelijk om de epidemiologische PRRS status van een bedrijf te beoordelen. De indeling van bedrijven samen met een evaluatie van de bioveiligheid geeft inzicht in de te nemen maatregelen en de vaccinatiestrategie.
Tekst: Hipra