Fokken van vruchtbare en gezonde gelten: aandachtspunten
Alhoewel een goede opfok sterk bepalend is, begint alles al bij de geboorte van de gelten: het geboortegewicht is immers bepalend voor de latere productieprestaties. Tijdens de opfok moet de nodige aandacht besteed worden aan een goede doorontwikkeling zonder te sterke vervetting, waarbij tijdig gerantsoeneerd moet worden.
Een vaak onderschatte periode, is de periode vόór het toevoegen van de dieren aan de bestaande zeugenstapel, waarbij zowel bij aankoop als bij eigen opfok een quarantaineperiode en daaropvolgend een stevige adaptatieperiode noodzakelijk blijken. Een voldoende gewicht en leeftijd bij eerste dekking zijn tot slot de laatste belangrijkste aandachtspunten.
Geboortegewicht en zoogperiode van de gelten
Het effect van het geboortegewicht op de productieprestaties van speenbiggen en vleesvarkens is al langer bekend. Nieuw onderzoek heeft uitgewezen dat het geboortegewicht van de toekomstige gelten eveneens bepalend is voor hun verdere uitgroei en het tijdig bereiken van de puberteit. Daarbij is noch spekdikte, noch lichaamsgewicht op zichzelf bepalend voor de puberteitsleeftijd, maar speelt vooral de lichaamssamenstelling (spier/vet ratio) een cruciale rol.
Verder blijkt dat een geboortegewicht van 1,6 kg in vergelijking met 0,9-1,3 kg leidt tot een hogere ovulatiegraad en een lagere embryonale sterfte tijdens de 2 eerste worpen van de hieruit geselecteerde zeug. Bij eigen opfok van gelten is het dus belangrijk om met deze informatie rekening te houden bij de eerste selectie van aan te houden gelten tijdens de zoogperiode. De geselecteerde gelten moeten verder voldoende beschermd worden tegen tepelbeschadigingen tijdens het zogen. Tijdens de zoogperiode dienen ook een aantal entingen toegediend te worden voor bescherming tijdens de opfok.
Opfok vanaf spenen tot selectiemoment
De keuze van het tijdstip waarop het traject van opfokgelten zich afsplitst van de vleesvarkens hangt af van de grootte van de voorziene geltengroep en de beschikbare faciliteiten. Tijdens de batterijperiode is een scheiding nog niet cruciaal qua nutritionele behoeften of ziektemanagement. Vanaf een leeftijd van 14-15 weken of een gewicht van 40-45 kg is het echter belangrijk dat gelten een aangepast voeder, voldoende rijk in fosfor en andere essentiële micro-elementen en sporen, verstrekt krijgen. Bovendien zal de groeisnelheid van de gelten tijdig beperkt moeten worden om een te sterke vervetting te voorkomen en een goede spier/vet ratio, cruciaal voor het tijdstip van de puberteit, te behalen.
Voldoende ruimte
Een ander belangrijk element bij eigen opfok van gelten is het voorzien van voldoende ruimte voor een goede ontwikkeling tijdens de puberteit. Een vuistregel voor vloeroppervlakte bij opgroeiende gelten is:
Oppervlakte = 0,036 * Gewicht 0,667
De praktische oppervlakte tussen 40-120 kg is weergegeven in Tabel 1.
Zowel bij eigen opfok als bij aankoop van gelten moet een voldoende grote geltenpool voorzien worden. In het eerste geval zodat geen te jonge of te lichte gelten gedekt hoeven te worden; in het tweede geval zodat voldoende aandacht besteed kan worden aan een goed geregelde aanvoer en correcte uitvoering van de quarantaine- en adaptatieperiode.
Quarantaine- en adaptatieperiode
In beide gevallen moet een quarantaine- en adaptatieperiode voorzien worden vooraleer de gelten in het bedrijf geïntroduceerd worden. Bij eigen opfok worden de gelten na selectie in de opfokafdeling of de vleesvarkensstal (bij voorkeur met aangepast opfokvoeder) tijdelijk in de quarantainestal gezet om eventueel circulerende infecties te laten uitdoven en de gelten voldoende tijd te gunnen om voor een aantal aandoeningen geënt te worden. Een veel gemaakte fout bij eigen opfok is het onmiddellijk overbrengen van gelten uit de opfokafdeling of de vleesvarkensstal naar de dekstal. Hierdoor kunnen infecties die in de opfok of vleesvarkens circuleren terug in de zeugenstapel gebracht worden door direct contact met besmette dieren. Vaak treedt hierdoor een onevenwicht in de aanwezige immuniteit bij de zeugen op, wat resulteert in een nieuwe circulatiegolf van de infectie onder de bestaande zeugenpopulatie. Door het systeem van een interne quarantaine kan dit probleem voorkomen worden.
Het toegepast entschema in de adaptatieperiode zal afhangen van de duur van deze periode en de aanwezige infecties bij de bestaande zeugenstapel. De bedrijfsdierenarts is de aangewezen persoon om in overleg een sluitend entschema op te stellen, rekening houdend met de risico’s en de infectie-status van het bedrijf.
Naast het luik adaptatie, waarbij vooral beoogd wordt om een solide en homogene immuniteit tegenover heersende infecties in de bestaande zeugenstapel op te bouwen, moet in deze periode ook voldoende aandacht besteed worden aan de beginnende puberteit van de gelten. Beercontact mag vanaf 185 à 200 dagen ingepland worden. Hierbij wordt bij voorkeur een volwassen beer gedurende 5 à 15 minuten tussen de gelten gebracht om de prepuberale gelten tot puberteit te induceren. De beer moet voldoende schuim/speeksel produceren, beergeluiden maken, met de neus in de flank stoten en pogingen doen om de staande gelten te bestijgen. Een goed geltenmanagement behelst bovendien het correct noteren van bronst, zodat gelten in hun 2de of 3de bronst gedekt kunnen worden. Onderzoek heeft uitgewezen dat dit dektijdstip leidt tot het maximaliseren van het aantal levend geboren biggen in de 1ste worp.
Indien in een meerwekensysteem gewerkt wordt, zal synchronisatie zich opdringen om de bronst van de geltengroep af te stemmen op de gespeende zeugengroep. Na het beëindigen van de synchronisatie kan de bronst en de follikelontwikkeling eventueel extra ondersteund worden met hormonen om deze zo kort en krachtig mogelijk te houden te houden.
Periode rondom 1e dekking
Uit wetenschappelijk onderzoek en kosten-baten analyses komt duidelijk naar voren dat gelten idealiter gedekt worden op een gewicht van 135 à 150 kg. Lichtere gelten hebben gedurende de eerste 3 worpen minder biggen in vergelijking met gelten gedekt in het correcte gewichtstraject. De aanwezige lichaamsreserve in de vorm van spekdikte is daarbij eveneens van belang en dient idealiter tussen 16 en 19 mm te zijn. Zoals reeds eerder aangegeven is echter niet lichaamsgewicht of spekdikte op zich, maar met name de juiste combinatie van spier/vet ratio van cruciaal belang voor een goede reproductieprestatie in de eerstvolgende worpen.
Conclusies
Alhoewel geltenmanagement eenvoudig lijkt, moet aan heel wat cruciale zaken voldoende aandacht besteed worden om tot een optimaal resultaat te komen. In Tabel 2 werden 10 aandachtspunten samengevat. De uitspraak ‘Een goed begin is het halve werk’ is zeker van toepassing, daar fouten in de opfok op de volledige levensproductiviteit en levensduur van de gelt een impact kunnen hebben. De keuze aankoop of eigen opfok is fundamenteel en bepalend, ondanks vanaf quarantaine- en adaptatieperiode beide systemen samenlopen.
Tien cruciale aandachtspunten in geltenopfok en –aankoop
- Selecteer gelten met voldoende geboortegewicht
- Bescherm de tepels tijdens de zoogperiode
- Zorg vanaf 40 à 45 kg voor een aangepast opfokvoeder
- Zorg voor voldoende ruimte tijdens de opfok
- Zorg voor een voldoende grote geltenpool voor een vlot vervangingsbeleid
- Quarantaine- en adaptatieperiode zijn cruciaal zowel bij eigen opfok als bij aankoop
- Zorg voor een solide immuniteitsopbouw
- Beperk het actief besmetten tot een controleerbaar minimum
- Zorg vanaf 185 à 200 dagen voor voldoende beercontact
- Dek pas in de 2de of 3de bronst voor maximaal resultaat in de 1ste worp
Gerelateerde artikels:
Voordelen van vroege enting tegenover Mycoplasma hyopneumoniae
“Bescherming tegen mycoplasma is een goedkope verzekeringspremie”
Tekst: Elanco
Beeld: Agrio