TN70: veertig is het nieuwe dertig
Bedrijfsleider Bent Riis-Pedersen: ‘’Ik heb dit nog nooit gezien in mijn 34-jarige carrière.’’ De TN70 produceert grote tomen biggen van uitstekende kwaliteit.
Maximale bio security
Zelfs bij het betreden van het kantoor, dat ruim 100 meter van de stal staat, moeten we onze handen desinfecteren en onze schoenen uit doen. “De schoenen moeten uit omdat we zelf het kantoor moeten schoonmaken” zegt Bent Riis-Pedersen met een glimlach. De bio security wordt door Bent en zijn collega’s erg serieus genomen. Na een MRSA uitbraak en herbevolking heeft het bedrijf momenteel de hoogste SPF status. Knive Farm was destijds het eerste bedrijf in Noorwegen, en wereldwijd, dat herbevolkt is na een MRSA uitbraak. Alleen Bent, zijn collega’s en de dierenarts komen in de stal. De dierenarts heeft Knive Farm als enige klant met varkens en moet aan de zelfde strenge protocollen voldoen.
De beste moeder
Na een uitgebreide schoonmaak, leegstand en controles door de Norwegian Food Safety is het bedrijf drie jaar geleden herbevolkt met TN70 zeugen. “Ik heb nog nooit een zeug gezien die zo’n goede moeder is” zegt Riis-Pedersen. “Ze moeten minimaal 16 spenen hebben en zijn dan ook in staat 16 biggen groot te brengen zonder dat er problemen met de conditie ontstaan”. Riis-Pedersen is niet alleen erg positief over het grootbrengend vermogen. “De TN70 produceert uniforme worpen met sterke, robuuste kwaliteitsbiggen”.
De technische cijfers onderstrepen de kwaliteiten van de TN70. In 2016 werden er 35,9 biggen per zeug per jaar gespeend. Het aantal levend geboren biggen per worp was 16,3 en de uitval tot spenen lag net iets boven de 8 procent. De speenleeftijd was 30 dagen. Voor 2017 is de verwachting dat het aantal gespeende biggen per zeug per jaar de 38 zal passeren.
“We gaan al richting de 17,5 levend geboren biggen per worp, elke week zijn er meerdere zeugen die meer dan 20 gezonde, levend geboren biggen werpen. Door deze grote worpen moeten we pleegzeugen maken. Kunstmatige hulpmiddelen om de biggen groot te kunnen brengen worden niet ingezet”.
Riis-Pedersen denkt dat een niveau van 40 gespeende biggen per zeug per jaar in 2018 haalbaar is. “Met de TN70 is 40 biggen zeker haalbaar, we zeggen soms 40 is het nieuwe 30”. Wel is het voor Riis-Pedersen voorwaarde dat de zeugen zelf de biggen kunnen grootbrengen en dat er geen kunstmatige hulpmiddelen nodig moeten zijn.
Spekdikte metingen
Wanneer we vragen wat hij doet om deze goede resultaten te behalen antwoord Riis-Pedersen; “We kijken heel goed naar de dieren, verder niets speciaals volgens mij. Als je ons werk bekijkt hebben we nu minder werk dan voor we met de TN70 begonnen drie jaar geleden. Natuurlijk speelt de SPF status hierin een rol maar zeker ook het gebruiksgemak van de TN70”.
Toch zijn er een paar dingen die niet elke zeugenhouder doet. Allereerst werkt Knive Farm alleen met de jongste genetica. Er wordt alleen gebruik gemaakt van genetica met de beste indexen. De zeugen zijn daarom van de jongste, beste generatie met het hoogste genetisch potentieel. Ten tweede worden er wegingen en metingen gedaan alvorens besloten wordt of een gelt klaar is voor haar eerste cyclus. Bij alle gelten wordt de spekdikte gemeten, ze moeten meer dan 13 mm spek hebben anders worden ze niet geïnsemineerd. Het streefgewicht bij eerste inseminatie is 150 kilogram bij een leeftijd van 225 dagen. “Als we de manuals van Topigs Norsvin aanhouden beginnen de gelten goed voorbereid en in perfecte conditie aan hun productieve leven. Ze zijn dan klaar om een bijdrage te leveren aan het bereiken van ons doel, 40 biggen per zeug per jaar spenen”.
Bedrijfsinformatie Knive Farm
Knive Farm staat op een prachtige locatie in de nabijheid van de Noorse stad Drammen. Het bedrijf staat op een heuvel aan de oever van een prachtig fjord.
Bedrijfsleider Bent Riis-Pedersen (49) werkt al bijna 29 jaar op dit bedrijf dat eigendom is van Knut Langeteig. Bent en zijn vier collega’s runnen het bedrijf van 600 zeugen en gelten op de thuislocatie. De zeugen worden gehouden in een compact gebouw waar de zeugen op drie verdiepingen gehuisvest zijn. Dit maakt het extra arbeidsintensief.
Tekst: Roy Strikkeling