Column: Een inspirerend bedrijfsbezoek
Ik ben onder de indruk geraakt van dit bezoek, de resultaten waren op alle fronten top, hier werd zelfs het laatste jaar nog geld verdiend! Jammer dat alle succesfactoren niet direct te kopiëren zijn, in volgorde:
- Topondernemer en vakman in één persoon, een zeldzame combinatie
- Toplocatie, enkel groene weiden en een verdwaalde koeienstal
- SPF gestart en gebleven, vrij van de belangrijkste ziekmakers
- Degelijke robuuste stal zonder franje, korte looplijnen
- Alternerend 4-weeksysteem, Next Genetix zeugen
- Pijlsnel rotatiekruisen op enkel opfokgelten
Twee biggen meer, twee spenen minder
Met ruim 35 verkochte exportbiggen tegen de hoofdprijs was het zelfs in 2015 nog goed boeren. Gezondheidskosten van net een euro per big en maar liefst 10 verkochte biggen per gewerkt uur. Reken dat eens uit voor het eigen bedrijf, de doorsnee weekverkoop gedeeld door tien en de uitkomst aan wekelijkse uren.
In de kraamstal lagen te spenen koppels van 11 tot 19 biggen per zeug en dat zonder kunstmelk, moederloze opfok of pleegzeugen. Direct vanaf dag één ging twee keer per dag een brijvoertje in de gangbare witte biggenkom, op twee weken soms verruild voor de grotere groene kommen.
De biggen vraten flink, dat moet met deze aantallen, gemiddeld een paar biggen meer per toom dan op ons eigen bedrijf en dat met een paar spenen minder dan onze zeugen. De zeugenvervanging middels eigen aanfok lag boven de 70 procent, de zeugen leverden hun prestaties in 5 worpen.
Wat er niet is, kan ook niet verspreid worden
De eigenaar is heerlijk nuchter, in de lange doorlopende stal geen enkele poespas. We liepen eenvoudig van diergroep naar diergroep, geen ander schoeisel, kleding of kleurtjes, wat er niet is kan ook niet verspreid worden.
De dekstal was geïntegreerd in de drachtstal met uitloopboxen. Na dekken werden middels hekken de groepen gevormd en kregen de zeugen gelijk vrije uitloop. Weinig verplaatsen was belangrijk volgens de eigenaar, want de zeugen lieten zich slecht dirigeren, ‘ze hadden er wieltjes onder moeten fokken’.
Prima conditie
De conditie was prima, er werd na dekken 4 weken stevig gevoerd, daarna een vlakke lagere curve. In de kraamstal balansvloeren en slechts 8 procent uitval bij 15,5 levend geboren biggen. In plaats van continue dosators stellen ging het aantal voerbeurten omhoog van 2 naar 3 naar 4 keer per dag.
De nadelen van weinig spenen en een hoge vervanging werden gecompenseerd door flink bijvoeren en goedkope eigen aanfok, tevens noodzakelijk voor gezondheidsbehoud. De eigenaar gaf aan dat tandjes slijpen een must is, omdat er veel minder spenen dan biggen zijn.
Ook dat continue aanwezigheid bij werpen cruciaal is, dan kent hij een paar lange dagen in de 4 weken een topbezetting aan personeel, daarna kon hij zich op het middelgrote bedrijf alleen wel redden.
Uitstekend resultaat, herhaald bij de vleesvarkens
Naast veel zorg in de sector is het mooi om dit te zien, zie je wellicht ook nergens terug. Je moet 2 keer het aantal totaal geboren biggen per worp, in deze 17, per jaar kunnen verkopen. Anders heeft het geen toegevoegde waarde en wordt je de beste Rendac klant.
Zou je in de gelegenheid zijn om een dergelijke vrije toplocatie te bemachtigen, dan zou je dit concept eigenlijk volledig moeten kopiëren. Daar kan economisch een gratis stal in varkensdicht gebied nog niet tegenop.
De ondernemer maakte duidelijk het verschil doordat hij zijn eigen wegen bewandelde en zich weinig aantrok van trends, hypes en sprookjes. In Duitsland zette hij onder eigen beheer nogmaals topresultaten met de vleesvarkens neer ondanks of dankzij 3-weeks gespeende gelt- en beerbiggen, geleverd vanaf 18 kilo. Genoten van dit inspirerende bezoek met zeker aanknopingspunten voor eigen resultaatverbetering, uitdagingen genoeg.
Bron: FarmFocus