Brede steun in Europa voor oneerlijke handelspraktijken

Zo’n 90 procent van de deelnemers vindt dat er inderdaad oneerlijke handelspraktijken bestaan. Ze noemen als voorbeeld betalingstermijnen van meer dan dertig dagen voor landbouw en voedingsproducten en unilaterale en retroactieve wijzigingen in contracten.

Andere veel voorkomende praktijken zijn last-minute annulering van orders voor aan bederf onderhevige producten, verzoeken om vooruitbetalingen om contracten te behouden of extra betaling om producten op een gunstige plaats in de schappen te laten plaatsen.

Negatieve impact

Daarnaast is 95 procent van mening dat oneerlijke handelspraktijken een negatieve impact voor landbouwers hebben en een ruime meerderheid is dan ook voorstander dat er door de EU actie moet worden ondernomen om oneerlijke handelspraktijken aan te pakken.

87 procent denkt dat een Europese wetgeving de meeste geschikte wijze is om de situatie te veranderen. Europese maatregelen zullen volgens de deelnemers leiden tot een betere handhaving van de regels van oneerlijke handelspraktijken, meer rechtszekerheid voor bedrijven en zorgen voor een gelijk speelveld op de interne markt.

Beoordeling reacties

De EU geeft aan dat er meer dan 1500 reactie op de raadpleging waren en deze zullen in een effectbeoordeling worden verwerkt. Uit de beoordeling moet duidelijk worden hoe de efficiënte werking van de voedselvoorzieningsketen kan worden verbeterd. Daarnaast wil de EU inzicht krijgen in de markttekortkomingen of tekortkomingen die leiden tot oneerlijke handelspraktijken en hoe het effect hiervan op de interne markt kunnen worden aangepakt.

Op basis van de resultaten van de huidige effectbeoordeling verwacht de Europese Commissie in de eerste helft van 2018 wetgevingsvoorstellen te zullen doen om oneerlijke handelspraktijken aan te pakken.