Rechter beboet opnieuw varkenshouder voor stank
Varkenshouder Hakvoort voerde aan dat hij in werkelijkheid minder varkens hield dan vergunningtechnisch is toegestaan. Daardoor zou de stank binnen de perken zijn gebleven. Dat argument schoof de rechter echter terzijde. De advocaat van de tegenpartij, mr. Valentijn Wösten, die een groep buren bijstaat, meent dat er op basis van deze uitspraak ‘honderden vergelijkbare zaken zijn, waarbij mensen nu naar de rechter kunnen stappen.’
Vaststelling
Eerder werd ook in Groesbeek een varkenshouder veroordeeld tot een boete voor het verspreiden van teveel stank. Deze had echter géén geldige milieuvergunning en werd veroordeeld tot het betalen van 75.000 euro. Hoeveel de Hengelose varkenshouder uiteindelijk in deze gerechtelijke uitspraak aan de drie buren moet betalen, is nog onbekend.
Gebruik geurmodel
Het doet blijken dat de rechtbank geen specialisten op pad heeft gestuurd om de werkelijke overlast te bepalen in deze situatie. De overlast waarop de rechter zijn beslissing baseert is berekend aan de hand van een model, waarin het aantal varkens, het type stal en maatregelen om de stank te beperken moeten worden ingevoerd. Daaruit bleek volgens Hakvoort dat bij hem de norm van max. 14 odeur werd overschreden.
Consequenties
De varkenshouder gaat in hoger beroep tegen de uitspraak en houdt zijn rug recht: „We zijn teleurgesteld over deze uitspraak,” zegt Hakvoort. „We hebben een geldige vergunning. De procedure zoals die tegen ons is gevoerd en de beargumentering van de uitspraak kan jurisprudentie opleveren, die grote consequenties heeft voor andere varkenshouders in Nederland. Nog meer collega’s, zullen dan ondanks verleende vergunningen aan nog lagere odeurnormen moeten voldoen.” Hakvoort treedt nu verder niet in detail over de zaak en heeft binnenkort overleg met zijn adviseurs.