'Brussel' ziet kosten voor boeren in alle sectoren tot 2030 fors stijgen

In Europa zullen er in 2030 nog 6,6 miljoen arbeidsplaatsen zijn in de landbouw. Dat is een daling met 2,3 procent per jaar. De landbouwbedrijven zullen niet alleen groter worden, ze zullen ook meer investeren in automatisering, anders kunnen zij het toenemende werk niet aan. Ofschoon de land- en tuinbouwers steeds met minder zullen zijn, zal er in Europa toch 20 procent meer worden geproduceerd tegen 2030. Dat gaat gepaard met een lichte verbetering van het landbouwinkomen. Zoals in de afgelopen jaren moeten de boeren ook op middellange termijn echter geen grote verwachtingen koesteren op het vlak van de prijzen. In vergelijking met het gemiddelde van de afgelopen drie jaren, stijgt het landbouwinkomen aanvankelijk lichtjes om daarna weer te stabiliseren. Over de hele periode tot 2030 stijgt het inkomen met 1,1 procent per arbeidskracht.

In de dertien nieuwe lidstaten is er sprake van een grotere stijging van +0,8 procent per jaar dan in de oude lidstaten. Het gevolg is dat inkomenskloof tussen deze nieuwe- en oudere lidstaten opnieuw met twee procent zal verminderen tegen 2030.Zoals reeds opgemerkt, zullen de boeren in Europa hun kosten met 30 procent zien stijgen tussen nu en 2030. Daarom zal de productie omhoog gaan, waarmee de boeren hun inkomen alleen maar op peil zullen houden. Meer zit er niet in. De afgelopen tien jaar was de verbetering van het landbouwinkomen nog vooral te danken aan het prijsherstel na het crisisjaar 2009.

Per arbeidskracht ziet het inkomen in de landbouw er wat gunstiger uit dan in het geheel, maar de uitstroom aan ondernemers en werknemers is verre van positief te noemen. De afgelopen tien jaar zijn in de landbouw maar liefst 2,5 miljoen arbeidsplaatsen verdwenen, zodat het totaal momenteel nog 9 miljoen banen betreft in de 28 lidstaten van de EU. Dat aantal maakt echter een forse duikvlucht naar 6,6 miljoen arbeidskrachten in 2030 ofwel een daling met 28 procent.

De daling van het aantal arbeidsplaatsen doet zich vooral voor in de nieuwe lidstaten. Vooral de kleine boeren zullen daar meer en meer verdwijnen, terwijl de grotere bedrijven mankracht door machines vervangen. Landbouwbedrijven worden op middellange termijn nog kapitaalintensiever als gevolg van de investeringen in precisielandbouw en digitalisering. Door de automatisering zijn wel minder arbeiders nodig, maar ze zullen beter geschoold en duurder zijn dan tot nu toe.