Fotoserie: Big vraagt ondersteuning bij vertering
Het opsplitsen van voer in losse voedingsstoffen wordt in de volksmond vertering genoemd. Echter, ook fermentatie splitst het voer op in losse voedingsstoffen. Het verschil tussen deze twee processen is eenvoudig: vertering gebeurt door het lichaam zelf en vindt plaats in de maag en de dunne darm, in de dikke darm zijn het de bacteriën die zorgen voor fermentatie.
Vertering
In de maag en de dunne darm zorgen enzymen voor de vertering. Eiwitten worden hierbij afgebroken tot aminozuren, zetmeel tot suikers en vetten tot vetzuren. De eindproducten kunnen door de darm worden opgenomen. Enzymen kunnen echter lang niet alle voedingsstoffen omzetten. Zo zijn vezels slecht tot niet-verteerbaar door enzymen.
Fermentatie
De voedingsstoffen die niet door enzymen afgebroken zijn, kunnen in de dikke darm alsnog door bacteriën worden afgebroken. Dit is de fermentatie. Hierbij komen restproducten vrij die de darm kan opnemen. Het varken kan deze voedingsstoffen als energiebron gebruiken. Een goede darmflora zorgt voor een betere darmgezondheid. Het nadeel is echter dat de bacteriën energie gebruiken voor onderhoud en groei. Deze manier van voer omzetten in voedingsstoffen kost dus meer energie dan de vertering door enzymen.
Balans
Vertering en fermentatie staan overigens niet los van elkaar! Als de vertering niet optimaal is, zal de fermentatie ook scheef lopen. Als bijvoorbeeld de vertering van eiwit niet goed verloopt, komt er meer eiwit in de dikke darm terecht en wordt dit gefermenteerd, met alle gevolgen van dien! Ziekteverwekkers als E.coli groeien hier goed op én bij de fermentatie van eiwit komen schadelijke stoffen als cadaverine vrij.
Darmgezondheid bij biggen
Jonge biggen hebben een kort maagdarmkanaal, een minder lage pH in de maag en een beperkte enzymproductie. Dit zorgt voor een extra kritische balans tussen vertering en fermentatie. Een uitgebalanceerd biggenvoer moet enerzijds de beperkte capaciteit van de big optimaal ondersteunen. Anderzijds moet een big niet alleen leren vreten, maar zeker ook leren verteren! De hoogwaardige grondstoffen vismeel en CCM in onze voeders dragen bij aan een goede vertering. Hierdoor wordt de voedselbrij zo volledig mogelijk verteerd, komt er minder eiwit en zetmeel in de dikke darm en volgt een goede fermentatie.
Het kan nog beter
Het kan echter nog beter! Zo kan de fermentatie zelf ook geoptimaliseerd worden. Uit onderzoek van AgruniekRijnvallei (AR) blijkt dat vismeel en CCM gecombineerd met een selectie van functionele vezels een positieve fermentatie bevorderen. Functionele vezels bevatten geen voedingswaarde maar stimuleren juist de darmwerking. Hierdoor worden voedingsstoffen in het voer beter opgenomen. De HAVIC-lijn van AR bevat ontsloten haver (functionele vezel), CCM en vismeel. Dit houdt in: meer melkzuurbacteriën en minder coli in de dikke darm. Bovendien maken de HAVIC-voeders het gebruik van zink overbodig.
Meer weten?
Wilt u meer weten over het HAVIC-assortiment van AR? Neem dan vrijblijvend contact op met hoofd Innovatie varkensvoeders Eelco van der Hoef, telefoon 06-50235373 of mail naar e.vandehoef@argroep.nl of vul het contactformulier in.